c) Nooduitschakeling
Druk continu op toets A van de afstandsbediening om direct alle motoren uit te schakelen.
Gebruik deze functie alleen in noodgevallen. Een crash van grote hoogte kan
mensen en dieren ernstig letsel toebrengen. Ook de drone kan hierbij bescha-
digd worden.
d) Kalibratie van de motortoerentallen
Op grond van fabricagetoleranties zijn nooit alle motoren gelijk. Ondanks hetzelfde stuursignaal, zijn er minimale
verschillen in de toerentallen van de motoren. Dit verschil is voldoende om de drone in de richting van de langzaamste
motor te laten afdrijven. Deze kleine verschillen worden door een 6-assige gyroscopische sensor gecompenseerd.
Deze sensor moet minimaal voor de eerste vlucht worden teruggezet of 'op nul' worden gezet. Dit verbetert naast het
afdrijven ook de mogelijkheid om de vlieghoogte vast te houden.
Door een botsing van de drone met een object kan de kalibratie verloren gaan of niet meer geldig zijn.
Herhaal de kalibratie.
Stel de drone op een vlakke ondergrond en beweeg de beide joys-
ticks van de afstandsbediening van links naar linksonder, respec-
tievelijk van rechts naar rechtsonder tot de statusled snel knippert.
Wacht en houd de joysticks van de afstandsbediening een paar
seconden in deze positie. Zodra de leds continu branden is het
proces voltooid.
Indien de drone toch nog afdrijft, was het oppervlak waarop de
drone geplaatst was bij de kalibratie, niet geheel vlak. U kunt
met de pijltoetsen aan de rechterkant van de afstandsbediening
handmatig de fijnafstelling bijregelen. Dit is vooral bij gelijkmatig
afdrijven in dezelfde richting nodig.
e) Intelligente drone-oriëntatie (headless-modus)
Door het activeren van de intelligente drone-oriëntatie (headless-modus) berekent de vluchtchip in de drone de oriën-
tatie van de quadrocopter voor de afstandsbediening. Houd daarvoor in ieder geval de afstandsbediening direct in de
richting van de drone.
De bewegingsrichtingen worden hierbij op het zicht van de piloot aangepast.Bij
een vliegbeweging in de richting van de piloot (camerazicht) wordt bijvoorbeeld
een commando naar rechts voor de drone naar links omgezet. De drone be-
weegt vanuit het perspectief van de piloot echt naar rechts.
U kunt deze modus activeren en deactiveren met de Y-toets op de afstandsbe-
diening. Bij een actieve modus knipperen de leds op de drone.
64