luidsprekers en wordt toegevoegd aan
de grote luidsprekers en/of de
subwoofer.
Het wordt allemaal nog ingewikkelder wanneer
in uw systeem een subwoofer is opgenomen.
Voorbeeld: wanneer u de RSP-985
vertelt dat u grote luidsprekers heeft
dan zullen er geen lagetonen naar de
subwoofer gaan. Erger nog: de
RSP-985 zal u zelfs die mogelijkheid
niet bieden. De keuze die u dus moet maken
tussen grote LARGE en kleine SMALL
luidsprekers is dus niet zozeer afhankelijk van
het feit of u uw luidsprekers lagetonen wilt laten
weergeven, maar of u wel of geen subwoofer
heeft. Heeft u geïnvesteerd in een super,
aardbevingbestendige subwoofer, dan wilt u
waarschijnlijk ook dat alle lagetonen worden
weergegeven door die elektronische
boemketel. In dat geval moet u de RSP-985
vertellen dat u kleine SMALL luidsprekers heeft,
hoe groot ze ook mogen zijn.
Een alternatieve manier om kleine luidsprekers
samen met een subwoofer te gebruiken, is de
kleine voorluidsprekers aan te sluiten via het
scheidingsfilter van de subwoofer en de
subwoofer aan te sluiten op de FRONT
aansluitingen van de RSP-985.
Op deze wijze moet u de voorluidsprekers als
groot LARGE classificeren en de subwoofer
optie op alle surroundmogelijkheden uit (OFF)
zetten. Op deze manier gaat geen enkele
informatie verloren daar het complete signaal
volgens de instelling naar grote LARGE
luidsprekers wordt gestuurd. Deze methode
zal in vrijwel alle gevallen de optimale blijken
te zijn, daar de subwoofer nu veel beter met
het geheel integreert en de satellietluidsprekers
precies dat frequentiespectrum krijgen wat ze
aankunnen.
Om uw systeem te configureren, brengt u de
oplichtende aanwijzing op de gewenste regel
en gebruikt u de VOL
toetsen voor het
maken van de juiste instelling.
39
De voor MAIN luidsprekers (small/large):
Deze menukeuze wordt bepaald door de soort
van de hoofdluidsprekers. Gebruik de instelling
LARGE wanneer u grote luidsprekers gebruikt
die het volledige frequentiespectrum aankunnen
en SMALL wanneer u kleine of THX
gecertificeerde
luidsprekers
hoofdluidsprekers gebruikt, die niet het
volledige frequentiespectrum (goed) aankunnen
en/of wanneer u de lagetonen wilt laten
weergeven door een subwoofer die in het
totaalsysteem is opgenomen.
CENTER (small/large/none): Veel van de
nauwkeurigheid in surroundweergave wordt
verkregen door de middenkanaalluidspreker
die zo dicht mogelijk bij het beeldscherm moet
worden geplaatst. Dit middenkanaal zorgt
ervoor dat de dialogen aan het beeld
verankerd worden, waardoor een betere
samenhang ontstaat tussen beeld en geluid.
Gebruik de instelling LARGE wanneer
u een grote luidspreker gebruikt die
het volledige frequentiespectrum aan
kan. In deze instelling worden alle lage tonen
door de middenluidspreker zelf weergegeven.
Gebruik de instelling SMALL wanneer
u een kleine of THX gecertificeerde
middenluidspreker als midden-
luidspreker gebruikt. Alle lagetonen
beneden de 80 Hz. worden nu uit het
middenkanaal gefilterd, zodat ze de
middenkanaalluidspreker niet kunnen
oversturen. De lagetonen worden in deze
instelling toegevoegd aan de hoofdluidsprekers
of, indien aanwezig, aan de subwoofer.
Gebruik de instelling NONE wanneer
uw installatie niet over een midden-
kanaalluidspreker beschikt. De
middenkanaal uitgang wordt nu uitgeschakeld
en de informatie wordt nu gelijkelijk verdeeld
over de beide hoofdluidsprekers.
De achterluidsprekers (small/large/
none):
Achterluidsprekers zijn er in alle soorten en
maten. Daarom is het belangrijk dat u de
RSP-985 duidelijk vertelt welke type u gaat
gebruiken.
Gebruik de instelling LARGE wanneer
u grote luidsprekers gebruikt die het
volledige frequentiespectrum aan-
kunnen. U bent er in deze instelling verzekerd
van dat de achterluidsprekers altijd het volledige
frequentiespectrum aangeboden krijgen.
als
Gebruik de instelling SMALL wanneer
u kleine of THX gecertificeerde
achterluidsprekers als achterluid-
sprekers gebruikt. Alle lagetonen worden
nu uit de achterkanalen gefilterd, zodat ze de
achterluidsprekers niet kunnen oversturen. Zo
ontstaat er een veel schonere weergave van
ruimte en effecten. De lagetonen worden in
deze instelling toegevoegd aan de grote
luidsprekers in het systeem of, indien aanwezig,
aan de subwoofer.
SUBWOOFER (On/Off): Bent u in het bezit
van een subwoofer dan zet u uiteraard deze
instelling op ON. Door het aanzetten van de
subwooferfunctie dirigeert u alle lagetonen die
gefilterd worden uit de kanalen die voorzien
van kleine (SMALL) luidsprekers naar het
subwooferkanaal. Uiteraard zet u deze
instelling uit (OFF) wanneer u niet over
zo'n vloerbonzer beschikt. In dat geval
worden alle gefilterde lagetonen gedirigeerd
naar de kanalen die wel over grote (LARGE)
luidsprekers beschikken.
: In STEREO, DOLBY PRO
EXTRA INFORMATIE
LOGIC en bij gebruik van de DSP processor
worden de lagetonen altijd naar de
hoofdluidsprekers gedirigeerd wanneer de
instelling LARGE voor de hoofdluidsprekers
is gemaakt. Wilt u gedurende deze
weergavewijzen toch gebruik maken van uw
subwoofer dan moet u die instelling te niet
doen in het SUBWOOFER SETUP menu.
Druk op de BACK toets om terug te keren naar
het hoofdmenu.
Nederlands