NL
Mocht dit niet voldoende zijn om binnen de grafiekwaarden van de norm te komen, dan raden wij u aan een zachte
rubberlijst aan de kop van de poort aan te brengen zodat de botsing minder hard aankomt. Nadat u de gevoeligheid
hebt afgesteld en een rubberlijst hebt aangebracht er nog niet in mocht slagen aan de norm te voldoen, is het
verplicht alternatieve toebehoren aan te brengen zoals bijvoorbeeld een contactlijst op de rand van het bewegende
deel van de poort.
SOFT START
Met de soft start functie wordt het begin van de beweging geleidelijk uitgevoerd waardoor er schokbewe-
gingen van de poort vermeden worden. Deze functie kan in ieder geval uitgeschakeld worden door Jp1 (det.
9 fig. 1) te overbruggen.
Let op: door Jp1 te overbruggen is de kracht van de motor altijd maximaal.
VERTRAGING
Als er bij een installatie, waarbij de soft-stop toegepast wordt, tijdens de overgang van de normale snelheid op langzaam,
schokkende bewegingen aan de poort optreden, dan kan de wijze van de overgang als volgt veranderd worden:
A - Schakel de stroomvoorziening uit.
B - Druk gelijktijdig op de Start/Stop-drukknop en de STOP-drukknop op de besturingskast (det. 6 en 7 fig. 1)
C - Schakel de stroomvoorziening weer in.
D - De led L1 (det. 17 fig. 1) geeft een korte signalering om aan te geven dat de overgang plaatsgevonden heeft.Om naar
de oorspronkelijke configuratie terug te gaan moet u de hierboven genoemde sequentie eenvoudigweg herhalen.
EINDTEST
Voer nadat de diverse programmeringen uitgevoerd zijn altijd een eindtest uit.
- Controleer of de beveiligingssystemen (obstakeldetector, noodstop, fotocellen, vaste druklijsten enz.) goed
functioneren.
- Controleer of de signaleringssystemen (knipperlichten, controlelampje poort open enz.) goed functioneren.
- Controleer of de besturingssystemen (Start/Stop-drukknop, afstandsbediening enz.) goed functioneren.
73