A) De bypass-schroef
– Als u overschakelt van aardgas G20/
G25 20/25 mbar op vloeibaar gas, draai
de instelschroef dan helemaal vast.
– Als u overschakelt van vloeibaar gas op
aardgas G20/G25 20/25 mbar, draai de
by-passschroef dan ongeveer 1/4 draai
los.
Waarschuwing! Zorg dat de vlam niet uit
gaat als u de knop snel van de maximale
stand naar de minimale stand draait.
Aansluiting op het elektriciteitsnet
• Aard het apparaat volgens de veiligheids-
maatregelen.
• Zorg ervoor dat het nominale voltage en het
type vermogen op het typeplaatje overeenko-
men met het voltage en het vermogen van de
stroomvoorziening in uw woning.
• Dit apparaat wordt geleverd met een net-
snoer. Dit moet zijn voorzien van een ge-
schikte stekker, die geschikt is voor de be-
lasting die vermeld is op het identificatiepla-
tje. De stekker moet in een geschikt stopcon-
tact worden gestoken.
• Alle elektrische onderdelen moeten worden
geïnstalleerd of worden vervangen door een
technicus van de service-afdeling of door ge-
kwalificeerd onderhoudspersoneel.
• Gebruik altijd een correct geïnstalleerd,
schokbestendig stopcontact.
• Zorg ervoor dat het netsnoer na installatie
bereikbaar is.
• Trek niet aan het netsnoer om het apparaat
los te koppelen. Trek altijd aan de stekker.
• Het apparaat moet niet worden aangesloten
op een verlengsnoer, een adapter of een
meervoudige aansluiting (brandgevaar). Con-
12
troleer of de aarding conform de normen en
regelgeving is.
• De stroomkabel moet zo worden geplaatst
A
dat er geen contact wordt gemaakt met een
heet oppervlak.
• Sluit het apparaat op de netvoeding aan met
behulp van een voorziening waarmee het ap-
paraat kan worden losgekoppeld van de alle
polen van de netvoeding, met een contacto-
pening van minimaal 3 mm breed, b.v. een
automatische beschermende stroomonder-
breker, aardlekschakelaars of een zekering.
• Geen enkel deel van de aansluitkabel mag
een temperatuur van 90°C bereiken. De
blauwe neutrale draad moet worden aange-
sloten op de eindklem gemarkeerd met "N".
De bruine (of zwarte) fasedraad (gemonteerd
in het contact van de eindklem gemarkeerd
met "L") moet altijd worden aangesloten op
de fase van het voedingsnet.
Vervanging van het aansluitsnoer
Gebruik om de aansluitkabel te vervangen al-
leen het type H05V2V2-F T90 of een gelijk-
soortig type. Zorg ervoor dat de doorsnede van
het snoer geschikt is voor het voltage en de be-
drijfstemperatuur. De geel/groene aardedraad
moet ongeveer 2 cm langer zijn dan de bruine
(of zwarte) fasedraad.
Inbouw
min. 55 mm
min. 600 mm
min. 650 mm
30 mm
550 mm
www.zanussi.com