OBJ_BUCH-1360-001.book Page 119 Wednesday, April 6, 2011 11:11 AM
stroombegrenzing uitgevallen. Het elektrische gereedschap
moet zo spoedig mogelijk aan de klantenservice worden ver-
zonden. Zie voor adressen „Klantenservice en advies" op
pagina 124.
Tips voor de werkzaamheden
Algemene aanwijzingen voor het zagen
Draai de vastzetknop 15 en de spangreep 17 voor het
zagen altijd stevig vast. Het zaagblad kan anders in het
werkstuk schuin wegdraaien.
Elke keer wanneer u zaagt, moet u eerst controleren
dat het zaagblad op geen enkel moment de aanslagrail,
lijmklemmen of andere gereedschapdelen kan aanra-
ken. Verwijder eventueel gemonteerde hulpgeleiders
of pas deze op de juiste wijze aan.
Bescherm het zaagblad tegen schokken en stoten. Oefen
geen zijwaartse druk op het zaagblad uit.
Bewerk geen kromgetrokken werkstukken. Het werkstuk
moet altijd een rechte rand hebben om tegen de aanslagrail te
leggen.
Ondersteun het vrije einde van een lang werkstuk, bijvoor-
beeld door er iets onder te leggen.
Zaaglijn markeren (zie afbeelding M)
Twee laserstralen geven de zaagbreedte van het zaagblad
aan. Daardoor kunt u het werkstuk voor het zagen nauwkeurig
positioneren zonder de pendelbeschermkap te openen.
– Schakel de laserstralen met de schakelaar 61 in.
Toegestane werkstukmaten
Maximale werkstukmaten:
Verstekhoek
Horizontaal
Verticaal
0°
45°
0°
45° (Links)
0°
45° (Rechts)
45°
45° (Links)
45°
45° (Rechts)
Minimale werkstukmaten
(= alle werkstukken die met de meegeleverde lijmklem 22
links of rechts van het zaagblad kunnen worden vastgespan-
nen):
160 x 335 mm (lengte x breedte)
Max. zaagdiepte (0°/0°): 104 mm
Zagen
Zagen zonder afkortbeweging (kappen)
(zie afbeelding P)
– Duw de glijarm 28 volledig naar achteren en borg de glij-
arm in deze stand (zie „Glijarm borgen", pagina 117).
Controleer of de diepteaanslag 30 volledig naar binnen is
geduwd en de instelschroef 29 bij het bewegen van de glij-
Bosch Power Tools
– Stel uw markering op het werkstuk af langs de beide laser-
Opmerking: Controleer vóór het zagen of de zaagbreedte nog
correct wordt aangegeven (zie „Laser instellen", pagina 121).
De laserstralen kunnen worden versteld, bijvoorbeeld door
de trillingen bij intensief gebruik.
Positie van de bediener (zie afbeelding N)
– Houd uw handen, vingers en armen uit de buurt van het
– Houd uw armen niet gekruist voor de glijarm.
Inlegplaten vervangen (zie afbeelding O)
De rode inlegplaten 13 kunnen na langdurig gebruik van het
elektrische gereedschap verslijten.
Vervang defecte inlegplaten.
– Zet het elektrische gereedschap in de werkstand.
– Draai de schroeven 62 met de inbussleutel (4 mm) 20 uit
– Leg de nieuwe rechter inlegplaat in.
– Draai de inlegplaat met de schroeven 62 zo ver mogelijk
– Herhaal deze stappen voor de nieuwe linker inlegplaat.
Werkstuk tegen
aanslagrail
0°
104 x 335
0°
104 x 240
50 x 335
40 x 335
50 x 240
40 x 240
– Span het werkstuk overeenkomstig de afmetingen vast.
– Stel de gewenste verstekhoek (horizontaal en/of verticaal)
– Schakel het elektrische gereedschap in.
– Druk de vergrendelingshendel 5 in en beweeg de glijarm
– Zaag het werkstuk met een gelijkmatige voorwaartse be-
– Schakel het elektrische gereedschap uit en wacht tot het
– Beweeg de glijarm langzaam omhoog.
stralen.
Ga niet op één lijn met het zaagblad vóór het elektri-
sche gereedschap staan, maar altijd opzij van het zaag-
blad. Zo is uw lichaam beschermd tegen een mogelijke te-
rugslag.
ronddraaiende zaagblad.
en verwijder de oude inlegplaten.
naar rechts vast, zodat het zaagblad over de hele lengte
van de mogelijke afkortbeweging niet met de inlegplaat in
aanraking komt.
Hoogte x breedte
[mm]
Werkstuk tegen
afstandaanslag (toebehoren)
110 x 240
110 x 110
arm door de uitsparing past zonder de diepteaanslag te ra-
ken.
in.
met de handgreep 4 langzaam omlaag.
weging door.
zaagblad volledig tot stilstand is gekomen.
Nederlands | 119
50 x 295
40 x 295
50 x 200
40 x 200
1 609 929 W31 | (6.4.11)