9.1 Invoer van de benaming van de camera (camera ID)
Kies met de cursor het punt "CAMERA ID" en bevestig uw keuze met de ENTER-toets. U ziet de
volgenden weergave:
CAMERA ID
0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 :
A B C D E F G H I J K
L M N O P Q R S T U V
W X Y Z a b c d e f g
h i j k l m n o p q r
s t u v w x y z
RET POSI
1.
Voer met behulp van de bedieningstoetsen de benaming voor deze camera in. Kies
daarvoor een letter met de bedieningstoetsen uit (de letter knippert) en bevestig uw keuze
met de ENTER-toets. De gekozen letter wordt nu in de naambalk weergegeven.
2.
Na invoer van de benaming van de camera in de naambalk kiest u het punt "POSI" om de
positie van de weergave van de CAMERA ID in het videobeeld van de camera te bepalen.
Bevestig daarvoor uw keuze (het punt POSI knippert) met de ENTER-toets. U ziet u het
videobeeld van de camera met de ingevoegde CAMERA ID. Verander de positie met de
bedieningstoetsen. Bevestig de positie met de ENTER-toets.
3.
De beide pijltjes
veranderen de positie van de cursor binnen de naambalk.
4.
Is de invoer afgesloten, kies dan met de cursor het punt "RET" en bevestig uw invoer met
de ENTER-toets.
, .
9.2 Helderheidsregeling (LIGHT CNTL)
Kies met de cursor het punt "LIGHT CNTL". Met behulp van de bedieningstoetsen "LINKS" of
"RECHTS" kunt u tussen de verschillende bedrijfsmodi wisselen. Dit zijn:
AES (automatische shutter-regeling): Sluitertijd: 1/50 tot 1/100.000 sec. en AGC 0-36dB.
Aanbevolen instelling bij gebruik van handmatige objectieven.
AES LOW (automatische shutter-regeling): Sluitertijd: 1/100 tot 1/100.000 sec. en AGC 0-
36dB. U gebruikt deze modus bij het gebruik van handmatige objectieven.
FLICKERLESS (trillingsreductie): Sluitertijd: 1/120 (PAL), 1/100 (NTSC) en AGC 0-36dB. U
gebruikt de modus om een beïnvloeding door fluorescerend licht in het 100Hz-bereik te
compenseren. Voor Europa echter niet nodig.
ME (handmatige shutter-regeling): Sluitertijd: 1/50 tot 1/10.000. U gebruikt deze modus om
een bepaalde instelling van de camera handmatig vooraf in te stellen. Deze instelling is voor
handmatige objectieven
AUTO-IRIS (vaste shutter-tijd): Sluitertijd: 1/50. U gebruikt deze instelling bij het gebruik van de
camera met een auto-iris-objectief. De elektronische sluitertijd bedraagt
daarbij altijd 1/50 seconde (AGC 0-36dB).
AUTO IRIS + SHUTTER: Sluitertijd: 1/50 tot 1/10.000 sec. en AGC 0-36dB
Aanbevolen instelling bij het gebruik van de camera met auto-iris-objectieven buiten. De
elektronische sluitertijd kan handmatig vooraf ingesteld worden. Deze instelling is belangrijk als
het te bewaken object snel beweegt.
92