Grafisch display
De grafiek toont concentraties en temperatuurmetingen voor elk kanaal dat in gebruik is. Met behulp
van de grafiek kunnen trends eenvoudig worden bewaakt en worden wijzigingen in het proces
weergegeven.
1. Selecteer vanuit het scherm van het grafisch display met de pijltoetsen omhoog en omlaag een
grafiek en druk op de HOME-toets.
2. Selecteer een optie:
Optie
MEASUREMENT VALUE
(waarde meting)
DATUM- EN TIJDBEREIK
Bediening
De te testen sensor configureren
Gebruik menu CONFIGURE (configureren) om identificerende informatie over de sensor die getest
wordt, in te voeren.
1. Druk op toets menu en selecteer SENSOR SETUP>CONFIGURE (sensorinstellingen /
configureren).
2. Selecteer een optie en druk op enter. Houd de pijltoetsen omhoog of omlaag ingedrukt om
cijfers, tekens of interpunctie in te voeren. Druk op de pijltoets naar rechts om naar de volgende
ruimte te gaan.
Optie
EDIT NAME (naam bewerken)
SENSOR S/N (serienummer
sensor)
SELECT MEASURE (meting
selecteren)
DISPLAY FORMAT (weergave)
MEAS UNITS (meeteenheden)
TEMP UNITS
(temperatuureenheden)
T-COMPENSATION (T-
compensatie)
CABLE PARAM
(kabelparameters)
Beschrijving
Stel de meetwaarde voor het geselecteerde kanaal in. Selecteer Auto Scale
(Automatisch aanpassen van de schaal) of Manually Scale (Handmatig
aanpassen van de schaal). Voer de minimum- en maximummeetwaarden
voor handmatig aanpassen van de schaal in
Selecteer het datum- en tijdbereik uit de beschikbare opties
Beschrijving
Wijzigt de naam die overeenkomt met de sensor bovenin het meetscherm.
De naam is beperkt tot 16 karakters en mag bestaan uit een willekeurige
combinatie van letter, cijfers, spaties en interpunctie. De eerste 12 tekens
worden op de controller weergegeven.
Hiermee kan de gebruiker het serienummer van de sensor invoeren,
beperkt tot 16 tekens in elke combinatie van letters, nummers, spaties of
interpunctie.
Wijzigt de gemeten parameter naar CONDUCTIVITY (conductiviteit,
standaard) of RESISTIVITY (resistiviteit/weerstand). Alle andere
geconfigureerde instellingen worden gereset naar de standaardwaarden.
Ingesteld op dezelfde parameter als de controller in test.
Wijzigt het aantal decimale plaatsen dat in het metingenscherm getoond
wordt. In stand automatisch wijzigt het aantal decimale plaatsen
automatisch met de wijzigingen in de gemeten waarde. Ingesteld op
dezelfde parameter als de controller in test.
Wijzigt de eenheden voor de geselecteerde meting. Ingesteld op dezelfde
parameter als de controller in test.
Stelt de temperatuureenheid in op °C (standaard) of °F. Ingesteld op
dezelfde parameter als de controller in test.
Voegt een temperatuurafhankelijke correctie toe aan de gemeten waarde.
Voer dezelfde gegevens in als die geconfigureerd zijn op de controller die
getest wordt.
Deze optie is gereserveerd voor onderhoudstechnici van Hach Lange.
Nederlands 157