bediening
Bedieningspaneel plaatsen
Druk het bedieningspaneel met de twee pennen achteraan
op de onderste rand in de daartoe voorziene houders neer
in het frame (1).
Klap het bedieningspaneel naar boven (2).
OPMERKING!
Controleer of het bedieningspaneel goed en vast
op zijn plaats zit. Als het bedieningspaneel niet cor-
rect is ingebouwd, wordt op het display onjuiste in-
formatie weergegeven en/of werken enkele toetsen
niet naar behoren.
Bedieningspaneel verwijderen
Druk op de toets O P E N . Het bedieningspaneel klapt naar beneden.
Trek het bedieningspaneel voorzichtig uit de houder.
Diefstalbeveiliging
Als het bedieningspaneel niet in het frame is ingezet knippert op
het apparaat de diefstalbeschermings-led.
Contacten
OPMERKING!
Als het bedieningspaneel is verwijderd, liggen de contacten van het bedie-
ningspaneel en van de radio bloot.
Let op dat de blootliggende contacten niet vuil worden. De autoradio kan
anders mogelijk niet zonder problemen werken. Bewaar het bedieningspa-
neel ter bescherming altijd in het etui.
Reinig de contacten zo nodig met een schone, pluisvrije en droge doek.
Reset
Om de radio in gebruik te nemen drukt u met de punt van
een balpen of een ander scherp voorwerp in de R E S E T -
opening.
Als de autoradio een storing aangeeft die niet kan worden
verholpen door uit- en inschakelen drukt u met de punt van
een balpen of een ander scherp voorwerp in de R E S E T -opening.
(1)
(2)
15
NL
FR
DE