gewassen in heet water met een extra hoeveelheid
wasmiddel.
Gebruik het apparaat niet als er industriële chemische
•
reinigingsmiddelen zijn gebruikt.
Droog geen ongewassen artikelen in de wasdroger.
•
Artikelen van schuimrubber (latexschuim),
•
douchemutsjes, waterdichte kleding, artikelen met een
rubberen binnenkant en kleding of kussens met een
vulling van schuimrubber dienen niet in de
droogtrommel te worden gedroogd.
Wasverzachters of soortgelijke producten dienen te
•
worden gebruikt zoals aangegeven in de
wasverzachterinstructies.
Verwijder alle objecten, zoals aanstekers en lucifers,
•
uit broek-, rok- of jaszakken.
Stop een wasdroger nooit voor het einde van een
•
droogcyclus, tenzij alle voorwerpen snel uit de
trommel verwijderd en uitgehangen worden, zodat de
hitte snel verdwijnt.
Het laatste deel van een droogtrommelcyclus vindt
•
plaats zonder warmte (koelcyclus) om ervoor te
zorgen dat de artikelen uiteindelijk een temperatuur
hebben waarbij is gewaarborgd dat de artikelen niet
worden beschadigd.
Gebruik geen waterstralen of stoom om het apparaat
•
te reinigen.
Maak het apparaat schoon met een vochtige, zachte
•
doek. Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen.
Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes,
oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het
•
stopcontact voordat u onderhoudshandelingen
verricht.
NEDERLANDS
5