REPARATIES AAN HET APPARAAT
12.2
IN- EN UITLAATVENTIEL
1. Verwijder de schroef die de drukregelknop bevestigt
aan de onderkant van de drukregelknop.
de knop. De drie schroeven op de frontkap losdraaien,
frontkap verwijderen.
Beknellingsgevaar – niet met vingers of
gereedschap tussen de bewegende delen
komen.
2. Apparaat inschakelen ON (AAN) en zo uitschakelen OFF
(UIT), dat de zuiger in de onderste stand van de slag
staat.
3. Netstekker uit het stopcontact verwijderen.
4. Klembeugels van de aansluitbuis van de aanzuigslang
verwijderen, aanzuigslang verwijderen.
5. Retourslang losdraaien.
6. Apparaat 90° naar achteren kantelen zoadat de
materiaaltransportpomp beter bereikbaar is.
7. Verwijder de druksteelklem en schuif de behuizing van
de druksteel (7) uit de behuizing van de inlaatklep (1).
2
8
8. Inlaatventielbehuizing (afb. 10, pos. 1) uit de
materiaaltransportpomp draaien.
9. Onderste kogelgeleiding (6), onderste afdichting (5),
inlaatventielkogel (4), inlaatventielzitting (3) en O-ring
(8) demonteren.
10. Alle delen met geschikt reinigingsmiddel reinigen.
Inlaatventielbehuizing (1), inlaatventielzitting (3) en
inlaatventielkogel (4) controleren op slijtage, indien
nodig de delen vervangen.
11. Uitlaatventielbehuizing (afb. 11, pos. 9) met bahco uit de
zuiger (8) draaien.
72
Verwijder
6
5
4
3
1
7
12. Bovenste
kogelgeleiding
uitlaatventielkogel (12) en uitlaatventielzitting (11)
demonteren.
13. Alle delen met geschikt reinigingsmiddel reinigen.
Uitlaatventielbehuizing (9), uitlaatventielzitting (11),
uitlaatventielkogel (12) en bovenste kogelgeleiding
(14) controleren op slijtage, indien nodig de delen
vervangen.
14. Montage in omgekeerde volgorde uitvoeren. Zorg
ervoor dat de afdichtring van de uitlaatklep (9) opnieuw
wordt geplaatst met het niet-getapte lipje naar de
zuiger gericht. O-ring (afb. 10, pos. 8) met machinevet
insmeren en controleren, dat deze goed aanligt in de
inlaatventielbehuizing (afb. 10, pos. 1).
10
ProSpray 3.20
(14),
schijf
(13),
14
13
12
11
9