K2: Verlichting
Druk op de toets om de binnenverlichting aan/uit te zetten.
K3: De bewaarruimte selecteren
Druk op deze toets om de bovenste of onderste zone te selecteren.
L1: Temperatuur per gekozen ruimte bekijken
Temperatuurweergave:
A: Bovenste zone 5-12 ˚C
B: Onderste zone: 12-18 ˚C
Opmerking: Het symbool "%" in de rechterbovenhoek betekent de vochtigheidsgraad. Dit is niet van toepassing
voor dit product/model dat u hebt gekocht.
K4: Temperatuur verhogen
Druk eenmaal op de toets, het led-scherm knippert en geeft de huidige temperatuur weer. Druk opnieuw om
de temperatuur in te stellen. Eén druk op de toets verhoogt de temperatuur met één graad. Het knipperen stopt
na 5 seconden van inactiviteit en de nieuwe ingestelde temperatuur wordt opgeslagen. Het led-scherm geeft
vervolgens de huidige binnentemperatuur weer.
K5: Temperatuur verlagen
Druk eenmaal op de toets, het led-scherm knippert en geeft de huidige temperatuur weer. Druk opnieuw om
de temperatuur in te stellen. Eén druk op de toets verlaagt de temperatuur met één graad. Het knipperen stopt
na 5 seconden van inactiviteit en de nieuwe ingestelde temperatuur wordt opgeslagen. Het led-scherm geeft
vervolgens de huidige binnentemperatuur weer.
K6: Instellingen
Fahrenheit/Celsius
Druk op deze toets om de temperatuur in graden Fahrenheit of Celsius weer te geven.
Het apparaat bevat twee interne ventilatoren om de luchtstroom te regelen. Temperatuurschommelingen tot 3
graden zijn echter mogelijk. De gemiddelde temperatuur binnenin het hele apparaat zal maximum 1,5 °C van de
gewenste temperatuur afwijken (wanneer voldoende koeltijd is verstreken). Wanneer er een
temperatuurverschil van meer dan 3°C boven de ingestelde temperatuur wordt gedetecteerd, dan start het
koelproces om de temperatuur onder de ingestelde temperatuur te brengen. Wanneer deze temperatuur is
bereikt, stopt het koelproces en zal de temperatuur binnenin het apparaat langzaam toenemen. Deze cyclus is
continu en resulteert in een zeer klein bereik van constante schommelingen.
De temperatuursensor bevindt zich halverwege het vak en meet de temperatuur onmiddellijk. Kleine
afwijkingen van de temperatuur zijn mogelijk (minder dan 6 °C).
Open de deur niet te vaak om een verkeerde werking van de temperatuursensoren te vermijden. Het apparaat
past het vocht- en condensatieniveau binnen het apparaat automatisch aan, wanneer nodig.
Opgelet
Wanneer de temperatuursensor niet werkt door een stroomuitval of een defect, verschijnt er een foutcode.
E1: probleem met de binnentemperatuur
E2: probleem met de kamertemperatuur
CE: communicatieprobleem
5. Serveertemperaturen voor wijnen
De onderstaande tabel toont de aanbevolen serveertemperaturen voor verschillende wijnsoorten.
- 65 -