Nederlands
8.1.2 Instelling van de smoorkleppen in de bypass
Af fabriek is de smoorklep op een bepaald debiet
ingesteld en tegen onbevoegd bedienen bevei-
ligd.
Als de smoorklep opnieuw moet worden inge-
steld, is de volgende handelwijze aan te bevelen:
Het debiet van de betreffende minimale pompvo-
lumestroom kan met behulp van het uitliterpro-
cedé worden ingesteld.
Voor het uitliteren is een extra aftapaansluiting in
de bypassleiding (fig. 6a/b pos. 18, steekleiding)
Pomptype
In te stellen debiet
m³/h
HELIX V16..
1,6
HELIX V22..
2,2
HELIX V36..
3,6
HELIX V52..
5,2
MVI70..
7,0
MVI95..
9,5
Tabel 6
(*) Aansluiting bypass ... Draadaansluiting met
buitendraad R (conische draad) en moerdraad G
(cilindrische draad).
De minimum nominale diameter van de bypass
geldt voor een max. lengte van de bypassleiding
van 5 m. Als er een langere bypassleiding nodig is,
moet de minimum nominale diameter van de hele
bypassleiding elke 5m met één nominale diameter
worden verhoogd.
78
aansluiting
bypass (*)
R
G
10L
3/4"
1"
23s
3/4"
1"
16s
1 1/4"
-
10s
1 1/4"
-
7s
1 1/2"
1 3/4"
5s
1 1/2"
1 3/4"
4s
nodig. Als afsluitinrichtingen moeten ventielen
met lage drukverliezen worden genomen. Tijdens
het uitliteren moet ervoor worden gezorgd dat er
niet door andere verbruikers in het systeem erna
wordt afgetapt.
Gegevens over de minimale nominale diameter,
uitlitertijd en in te stellen volumestroom zijn
afhankelijk van de pomp die gebruikt wordt en
vindt u terug in tabel 6:
Uitlitertijd bij (liter)
20L
30L
seconden
45s
68s
DN20
33s
49s
DN20
20s
30s
DN25
14s
21s
DN32
10s
15s
DN40
8s
11s
DN50
Minimale nominale
diameter bypass
WILO SE 08/2019