6. Veiligheidsaanwijzingen
De volgende aanwijzingen dienen uw veiligheid en tevredenheid bij het
gebruik van het apparaat. Let erop dat het veronachtzamen van deze
veiligheidsaanwijzingen tot aanzienlijke ongevalrisico's kan leiden.
Gevaar!
Bij veronachtzaming van deze aanwijzing bestaat er gevaar
voor leven en gezondheid.
!
Laat kleine kinderen niet zonder toezicht met het apparaat,
verpakkingsmateriaal of onderdelen spelen! Anders dreigt levensgevaar
door verstikking!
!
Beschadig bij boorwerkzaamheden en bij het bevestigen geen leidingen
voor gas, stroom, water of telecommunicatie! Anders dreigt levens- of
verwondingsgevaar!
!
Wees voorzichtig met de leidingen! Verplaats deze zo, dat ze niet kunnen
worden beschadigd en dat men er niet over kan struikelen. Trek de kabels
niet over scherpe randen, en druk of klem ze niet ergens af. Anders dreigt
levens- en verwondingsgevaar!
!
Let er bij het toezicht op baby's of kleine kinderen op, dat de camera en de
kabel buiten bereik van het kind zijn. Anders dreigt levens- en
verwondingsgevaar!
!
Verhinder, dat de nettransformator met vocht in aanraking komt en doop
de apparaten niet in het water! Anders dreigt levensgevaar!
!
Bedien de apparaten uitsluitend met de meegeleverde nettransformator.
Vergewis u er, voordat u de nettransformator aan het elektriciteitsnet
aansluit, van dat de netstroom volgens voorschrift voorzien is van
230 V ~ AC, 50 Hz en dat die voorzien is van een voorgeschreven
beveiliging.
Let op!
Bij veronachtzaming van deze aanwijzing kan er schade aan
voorwerpen ontstaan.
!
Stel de apparaten niet bloot aan de nabijheid van vuur, hitte of langdurige
inwerking van hoge temperaturen!
!
Bescherm de apparaten tegen sterke mechanische belastingen en
schokken!
!
Bescherm de apparaten tegen sterke magnetische of elektrische velden!
!
Gebruik de apparaten alleen met de geleverde originele delen of originele
onderdelen!
!
Controleer voor de montage en de ingebruikneming de levering op
beschadigingen en volledigheid!
!
Koppel bij langer niet-gebruiken van het apparaat steeds de
nettransformator af van het stopcontact.
!
Sluit geen beschadigd apparaat (bijv. transportschade) aan. Vraag bij
twijfel uw klantendienst om raad. Reparaties en operaties aan de
apparaten mogen alleen door deskundigen worden gedaan.
7. Plaatsing van de camera
Voordat u de camera monteert, plant u eerst de montageplaats. Controleer
vandaaruit voor de montage de functie van de camera en de radio-
overbrenging.
Let op de volgende punten:
10 - NL
!
De camera moet zo worden aangebracht, dat er zo mogelijk geen direct
licht of zonnestralen op het objectief vallen, anders kan het beeld
overgemoduleerd worden. Denk eraan, dat de positie van de zon niet
constant is. Controleer bij voorkeur voor de montage het camerabeeld.
Neem hiervoor het apparaat in gebruik en houd de camera op de gewenste
plaats. Verander desgewenst de camerapositie, tot u het optimale
fragment hebt gevonden.
!
Kies de afstand tussen camera en object afhankelijk van de gewenste
detailherkenning.
!
De camera heeft een infraroodverlichting [3] voor de onmiddellijke
omgeving. Deze wordt via de schemeringssensor [14] geschakeld. Door
een extra verlichting van de omgeving bij nacht kunt u de beeldkwaliteit
van de camera verbeteren.
!
Let erop, dat de montageplaats van de camera en van de monitor zoveel
mogelijk stof- en trillingsvrij is, en dat er sprake is van een goede
luchtcirculatie.
!
Let erop, dat er een stopcontact in de buurt is.
!
Als u de camera buiten wilt monteren, moet de montageplaats zo mogelijk
beschermd zijn tegen directe regeninval. De nettransformator moet zich
binnen bevinden. De stekkerverbinding met de kabel van de
nettransformator moet zo zijn beschermd, dat er geen vocht in de
verbinding kan komen.
!
Let erop dat er een geschikte doorvoermogelijkheid voor de
nettransformatorkabel op de montageplaats is.
!
De maximale reikwijdte van de radio-overdracht bedraagt ca. 100 m
(resp. bij optimaal gebruik tot 150 m) bij zichtcontact tussen camera en
monitor. In gebouwen is de reikwijdte door muren (vooral
staalbetonmuren) en plafonds duidelijk minder (typisch ca. 20 m).
Voorwerpen als koelkast, metalen stellages en beslagen spiegels
verminderen de radio-overdracht ook.
!
De radio-overdracht kan door sterke elektrische velden en andere
zendontvangapparaten worden beïnvloed. Let erop dat u voldoende
afstand houdt van: magnetrons, radiotelefoons, gsm's,
zendontvangapparaten in het 2,4 GHz bereik, elektrische motoren en
sterkstroomleidingen.
8. Montage en aansluiting van de camera
Bij aflevering is de camera geschikt voor montage aan de muur en aan plafond
(zie afb.B: I en II)
.
! Voor muur- en plafondmontage bevestig de houder [7] van de camera
m.b.v. de meegeleverde schroeven [17] en pluggen [16].
!
Draai de statiefdraad van de houder in de draad.
!
Richt de camera en draai de zijdelingse vastzetschroef aan de houder van
de driehoekmoer [5] en de vastzetschroef [6] vast.
!
Draai de antenne [15] naar de antennebus [9].
!
Verbind de kleine spanningsstekker van de nettransformator [12] met de
bedrijfsspanningsbus [11] van de camera.
!
Steek de nettransformator in een geschikt stopcontact.
!
De POWER LED [2] begint rood te branden.