• Zaag nooit met de bovenste rand of de punt van het
zaagblad.
• Zorg ervoor dat de kettingspanning altijd correct wordt
afgesteld.
• Oefen een lichte druk uit om het apparaat te
begeleiden, maar zonder de motor over te belasten.
Ruim het werkgebied op voor het snoeien van storende
takken en struikgewas. Dan maakt u een uitwijkplaats,
ver van de plek waar de gezaagde takken vallen, en
verwijder daar eventuele obstakels. Houd het werkgebied
schoon, verwijder onmiddellijk de gesnoeide takken.
Besteed aandacht aan uw standplaats, windrichting en
de mogelijke richting van de val van de takken. Wees
voorbereid op het feit dat afgevallen takken terug kunnen
veren. Plaats alle andere gereedschappen en apparatuur
op een veilige afstand van de te zagen takken, maar niet
op de plek die bestemd is om uit te wijken.
Kijk altijd naar de gezondheidstoestand van de
boom.
Let op rot en gezondheidsproblemen in de wortels en
takken. Als ze rot zijn van binnen, kunnen ze afbreken
en onverwacht naar beneden vallen tijdens het zagen.
U kunt ook geraakt worden door gebroken en dode
takken, die afbreken door het bewegen en op u vallen.
In zeer dikke of zware takken maakt u eerst een kleine
inkeping aan de onderzijde van de tak voordat u van
boven naar beneden zaagt om te voorkomen dat de tak
naar beneden zwiept.
Basis zaagtechnieken
Zware takken breken gemakkelijk af bij het zagen. Ze
scheuren lange repen bast uit de stam, hetgeen de boom
voor lange duur beschadigd. De volgende technische
tips kunnen dit risico aanzienlijk verminderen:
• Zaag de eerste tak van onderen op ongeveer 10 cm
van de stam in, om op ongeveer 15 cm vanaf de stam
van bovenaf een volgende zaagsnede te maken.
• Zaag totdat de tak breekt. Er is geen risico op schade
aan de stam.
• Verwijder ten slotte met een zuivere snede in het
verlengde van de stam de resterende stomp.
• Zodoende is de schade aan de boom zo laag mogelijk
gehouden, wij adviseren bovendien de wond te
behandelen met entwas.
Gevaren door reactieve krachten
Reactieve krachten doen zich voor tijdens het werken
met de zaagketting. De krachten die worden uitgeoefend
op het hout zijn tegen de uitgeoefende kracht van de
gebruiker gericht. Zij voorkomen dat de bewegende
ketting in contact komt met een vast voorwerp zoals een
tak of wordt afgeklemd. Deze krachten kunnen leiden tot
controleverlies en schade.
Het begrijpen van de oorsprong van deze krachten kan
u helpen om een schrikreactie en het controleverlies te
voorkomen. Deze zaag is ontworpen om retoureffecten
minder
ingrijpend
te
maken
kettingzagen.
als
bij
traditionele
Houd altijd een stevige grip en een goed niveau om de
controle over het gereedschap in een twijfelsituatie te
behouden.
De meest voorkomende effecten zijn:
• tegenslag,
• terugslag,
• vastlopen
Achterwaartse beweging (kickback)
De tegenslag kan optreden wanneer de bewegende
zaagketting op het bovenste kwart van het geleideblad
een voorwerp raakt of wordt vastgeklemd.
De zaagkracht op de ketting van de zaag, een rotatiekracht
in de tegenovergestelde richting van de kettingbeweging
leidt tot een opwaartse beweging van het geleideblad.
Het voorkomen van de achterwaartse beweging
(kickback)
De beste bescherming is om situaties die leiden tot
tegenvallers te voorkomen.
1. Houd de positie van de bovenste geleiderail altijd in
de gaten.
2. Laat dit onderdeel nooit in contact komen met een
voorwerp. Zaag niets extra's mee. Wees vooral
voorzichtig in de buurt van metalen afrasteringen
en het zagen van kleine, harde knoesten, waarin de
ketting gemakkelijk wordt vastgeklemd.
3. Zaag slechts één tak tegelijk.
Naar voren trekken
Het naar voren trekken vindt plaats wanneer de ketting
op de onderzijde van het blad plotseling vastloopt omdat
deze een vreemd voorwerp in het hout raakt. De ketting
trekt vervolgens de zaag naar voren. Het naar voren
trekken vindt vaak plaats wanneer de ketting niet op
volle snelheid is tijdens het in contact treden met het
hout.
Het voorkomen van het naar voren trekken
Wees bewust van de krachten en de situaties die kunnen
leiden tot vastlopen van de ketting op de onderkant van
de kettinggeleider.
Begin altijd met zagen wanneer de ketting op volle
snelheid draait.
Terugslag
De terugslag ontstaat wanneer de ketting boven de
geleider plotseling stopt omdat deze vastloopt of een
vreemd voorwerp in het hout. De ketting kan de zaag
met een schok tegen de gebruiker doen belanden.
Terugslagen komen vaak voor als de top van de geleider
wordt gebruikt voor het zagen.
Voorkomen van terugslag
Wees bewust van de krachten en de situaties die
kunnen leiden tot vastlopen van de ketting op de top van
de geleider.
Zaag slechts één tak tegelijk.
Laat de geleider niet kantelen naar de zijkant wanneer u
deze uit een zaagsnede trekt, omdat de ketting anders
geraakt zou kunnen worden.
NL
105