Een kanaal werkt niet:
•
Controleer de aansluitingen LINE INPUT (9).
•
Controleer de aansluiting van de luidsprekers op de aansluitterminals SPEAKER OUTPUT (10).
•
De balansregelaar op de autoradio staat niet in het midden.
Stoorgeluiden treden op:
•
Slechte massaverbinding van de massakabel, eventuele roest of verf van de contactvlakken verwijderen.
•
De massapunt van de autoradio en de versterker liggen niet op hetzelfde potentiaal, verschillende massapunten
proberen.
•
De kabels van de eindtrap liggen te dicht bij de kabels voor het ontstekingsmechanisme van het voertuig.
•
Het ontstekingsmechanisme is niet ontstoord.
•
De kabels van de versterker liggen te dicht bij de kabels van de voedingsspanning.
De versterker schakelt gedurende het bedrijf aan en uit:
•
Slecht massacontact van de massa-aansluitkabel, aansluitpunt van de kabel of batterijcontact gecorrodeerd.
•
Te geringe spanning aan aansluiting +12V (13) van het aansluitterminal voor de stroomverzorging, aansluitpunt
van de kabel of batterijcontact gecorrodeerd, te zwakke batterij.
•
Loszittend contact aan de remote-leiding, aansluiting REM (14) van het aansluitterminal voor de stroomverzorging
heeft loszittend contact of is gecorrodeerd.
De weergave vindt plaats zonder basgeluid:
•
Een satelliet-luidspreker is met verkeerde polariteit aangesloten.
•
De bas-regelaar op de autoradio staat op minimum.
•
Het actieve filter is verkeerd ingesteld.
De weergave geschiedt zonder middel-hoogtoonaandeel:
•
Het actieve filter is verkeerd ingesteld.
•
De hogetonenregelaar op de autoradio staat op minimum.
Andere reparaties dan hierboven beschreven, mogen uitsluitend door een erkend vakman
worden uitgevoerd.
80