a) Handmatige en continue werking
• De schoonwaterpomp kan ook handmatig worden bediend door de vlotterschakelaar aan de pomp te bevestigen
met de bijbehorende kabelhouder of door hem hoger te plaatsen.
• Om de pomp continu te laten werken, draait u de vlotterschakelaar verticaal omhoog en bevestigt u hem op de
houder van de vlotterschakelaar.
Laat de pomp niet onbeheerd achter als u deze handmatig of continu bedient. Bij handmatige of continue
werking schakelt de vlotterschakelaar de pomp niet automatisch uit wanneer het waterpeil te laag wordt,
waardoor de pomp beschadigd kan raken door drooglopen.
10.
Buitenbedrijfstelling
Ga als volgt te werk om de pomp van de leiding los te koppelen (bv. voor reiniging, onderhoud of opslag in de winter):
• Koppel de waterpomp los van de netspanning. Haal de stekker uit de contactdoos.
• Trek de waterpomp aan de hand van het bevestigingszeil of het handvat uit het water.
De waterpomp mag nooit via het netsnoer, de vlotterschakelaar of de leiding worden uitgetrokken! Daarbij
kan het snoer beschadigd worden. Er bestaat levensgevaar door elektrische schokken!
• Ontkoppel de leiding van de waterpomp.
• Laat het restwater uit de waterpomp uitlopen door deze schuin te houden of onderste boven te zetten.
• Droog de waterpomp en het netsnoer af. Wikkel dan het netsnoer op.
• In de winter moet u de waterpomp in een vorstvrije en droge ruimte opslaan.
Denk ook eraan om de leidingen die buitenshuis geïnstalleerd zijn te ledigen om vorstschade te voorko-
men. Open eventuele waterkranen.
• Draag en transporteer de waterpomp uitsluitend met het handvat. U mag de pomp nooit aan de leiding, de vlot-
terschakelaar of zelfs aan het netsnoer vasthouden.
• Na het gebruik of het ledigen zal er nog evt. een kleine hoeveelheid water in de waterpomp blijven. Bij de opslag of
het transport in een voertuig moet u daarom een geschikte ondergrond gebruiken.
11. Onderhoud en reiniging
Er zijn geen onderdelen in de waterpomp die door u onderhouden moeten worden. U mag de pomp daarom nooit
openen of demonteren. De waterpomp mag enkel door een vakman of een reparatiedienst geopend, onderhouden
en gerepareerd worden.
Voordat de waterpomp gereinigd wordt, dient het van de netspanning losgekoppeld te worden (trek de stekker uit het
stopcontact).
Gebruik voor de reiniging van de buitenkant van de waterpomp een schone, zachte doek. Spoel de buitenkant evt.
met zuiver water af.
54