NL
Omgang met perslucht
• Zorg ervoor dat alle aansluitingen en aan-
voerkabels voor de noodzakelijke druk en
luchthoeveelheden zijn geplaatst. Om
ongelukken te vermijden, mag de mini-
male perslucht voor het apparaat niet
lager worden en mag de maximale toege-
stane druk niet worden overschreden.
• Slingerende persluchtslangen alsmede
hierdoor opstuivende splinters of stof kan
letsel tot gevolg hebben. Trek voor aan-
vang van de werkzaamheden alle slang-
klemmen vast en vervang de bescha-
digde aanvoerkabels.
• Aansluitingen voor ingebruikname uitbla-
zen resp. reinigen. Vervuiling kan de func-
tie en veiligheid van het apparaat beïn-
vloeden.
• Koppel het apparaat los bij onderbreking
van de werkzaamheden, als het apparaat
gedurende langere periodes niet wordt
gebruikt of bij buiten gebruik door pers-
luchtaanvoer.
• Het apparaat mag uitsluitend op kabels
worden aangesloten waarbij het over-
schrijden van de maximale toegestane
druk met meer dan 10% is verminderd. Dit
wordt bereikt door bijv. een in de pers-
luchtkabel geïntegreerde drukregelventiel
met nageschakelde of geïntegreerde
drukbegrenzingsventiel.
• Gebruik het apparaat uitsluitend met de
voor de desbetreffende procedure nood-
zakelijke druk om onnodig hoog ruisni-
veau, verhoogde slijtage en daardoor ont-
stane storingen te vermijden.
• Perslucht kan gevaarlijk zijn, als de
gebruiker niet weet hoe hij/zij hiermee
moet omgaan. De montage, ingebruik-
name en het onderhoud moet uitsluitend
door opgeleide en ervaren personen wor-
den uitgevoerd.
• Perslucht niet op uzelf of anderen richten,
om kleding of schoeisel te reinigen.
• Nooit voorwerpen afblazen die gevaarlijke
stoffen voor de gezondheid (bijv. asbest)
bevatten.
• Nooit vloeistoffen met oplosmiddelen,
aceton, onverdunde zuren of oplosmidde-
len als reinigingsmiddelen gebruiken! Een
sproeinevel van dergelijke stoffen is
uiterst gevaarlijk voor de gezondheid en
evt. explosief.
• Stroomgeleidende onderdelen in het
werkbereik moeten voor opstuivende vuil-
/stofdeeltjes enz. worden beveiligd.
58
• Uitsluitend perslucht gebruiken. Geen
lucht, die chemicaliën, synthetische oliën
(organische oplosmiddelen) zouten, cor-
rosief gas bevat aangezien hierdoor
schade en onjuist functioneren kan ont-
staan.
• Gebruik een uitsluitend door de fabrikant
geadviseerd smeermiddel.
• Persluchtapparaten zijn niet geaard.
Wees voorzichtig bij contact met stroom-
bronnen.
• Bij transport of opslag van apparaten en
accessoires altijd beveiligingskleppen
plaatsen.
Onderhoud
• Bij alle werkzaamheden aan het apparaat
moeten de aansluitingen worden onder-
broken, ontlucht en drukloos worden
gemaakt.
• Uitsluitend de hier beschreven onder-
houdswerkzaamheden en de oplossingen
voor het verhelpen van storingen mogen
worden uitgevoerd. Alle overige werk-
zaamheden moeten door een technicien
worden uitgevoerd.
• Er mogen uitsluitend originele reserveon-
derdelen worden gebruikt. Deze reserve-
onderdelen zijn uitsluitend voor het appa-
raat vervaardigd en geschikt. Overige
reserveonderdelen leiden niet tot het ver-
vallen van de garantie, maar ze kunnen
een risico vormen voor u en uw omge-
ving.
Apparaatspecifieke
veiligheidsaanwijzingen
• Bij werkzaamheden als boren, zagen,
slijpen en sproeien ontstaan dampen of
stoffen waarvan de bestanddelen kanker-
verwekkend, celbeschadigend of belas-
tend voor het erfelijk materiaal kunnen
zijn. Hiertoe behoren onder meer: Lood in
loodhoudende verven en lakken; kristal-
lijne kiezelaarde in tegels, cement en ove-
rige metselwerkzaamheden; Arseen en
chromaat in chemisch behandeld hout.
Om de gezondheidsrisico's te verminde-
ren, mogen dergelijke werkzaamheden
uitsluitend in goed geventileerde ruimtes
met geschikte beveiligingsuitrusting wor-
den uitgevoerd. Gebruik de stofafzuigin-
stallaties en filterinstallaties als de
mogelijkheid hiertoe bestaat of als de situ-
atie dit vereist.
• Let op dat de werkruimte altijd goed wordt
geventileerd.