– Accu geplaatst: rode en groene leds knip-
peren een paar seconden (de accu con-
troleert zichzelf)
– Groene controlelamp knippert = accu
laadt.
– Groene controlelampje brandt = de accu
is volledig opgeladen.
– Rode controlelamp brandt = accu niet
juist in het oplaadstation gezet
– Rode controlelamp knippert = accu
defect. Accu niet meer gebruiken!
– Plaats de accu in het apparaat en laat
hem goed vastklikken.
Controleer het restvermogen van de
accu
► P. 3, afb. 3
– Druk de knop (15) in.
Het restvermogen van de accu wordt door de
controlelampjes (14) weergegeven.
Voorbereiding
Hoogte van de stuuronderdelen instellen
► P. 4, afb. 4
– Duwboom op de vereiste werkhoogte
instellen en in de boorgaten (17) laten
inklikken.
– Spanhendel (16) in de richting van de dra-
ger drukken.
– Als de spanhefboom niet stevig is aange-
spannen: spanhefboom openen, nog een
keer met de klok mee draaien en tot aan
de aanslag vastdraaien.
– Als de spanhefboom niet tot de aanslag
kan worden vastgedraaid: spanhefboom
openen, één draai tegen de klok in
draaien en tot aan de aanslag vast-
draaien.
Snijhoogte instellen
De snijhoogte kan op meerdere niveaus wor-
den ingesteld (snijhoogtes: ► Technische
gegevens – p. 134).
► P. 5, afb. 8
– Hefboom (7) naar de zijkant trekken.
– Snijhoogte op gewenste waarde instellen
en hefboom weer laten vergrendelen.
Opvangreservoir aanbrengen
► P. 5, afb. 9
– Beschermingskap (4) optillen en vasthou-
den.
– Opvangreservoir (8) ophangen.
– Verzekeren dat het opvangreservoir veilig
is ingesloten.
Uitwerpopening monteren
Aanwijzing: Bij gebruik van de uit-
werpopening moet de mulchkit
gemonteerd zijn; de opvangbak is
niet nodig.
Gesneden materiaal wordt op het
groenvlak verdeeld.
► P. 6, afb. 10
– Ontgrendelknop (29) indrukken.
– Klep (24) opheffen.
– Opvangzak (6) inhaken.
Mulchplug monteren
Aanwijzing: Mulchen is het
gebruik van gesneden gras als
natuurlijke meststof. Bij mulch-
maaien wordt het gras in een bewe-
ging gesneden, klein gehakt en op
de gazon verdeeld
► P. 6, afb. 11
– Opvangzak afnemen.
– Mulchkeil (25) in opening van het appa-
raat schuiven tot deze vastklikt.
– Beschermingsklep (4) laten zakken.
Apparaat inschakelen
Aanwijzing: Zonder stroomkring-
onderbreker kan het apparaat niet
worden ingeschakeld.
► P. 5, afb. 6
– Stroomkringonderbreker (22) plaatsen
(op pasvorm letten)
► P. 7, afb. 12
– Inschakelblokkering (9) indrukken en
ingedrukt houden.
► P. 7, afb. 13
– Inschakelhefboom (1) trekken en vast-
houden.
– Inschakelblokkering loslaten.
• Het apparaat wordt met een vertraging
van ca. 2 seconden ingeschakeld.
Werking met 2 accu's
Aanwijzing: Het apparaat kan opti-
oneel met één of twee accu's wor-
den gebruikt.
– Wanneer het apparaat zichzelf automa-
tisch uitgeschakelt, laat u de inschakel-
hendel los.
– Om de tweede accu te gebruiken, scha-
kelt u het apparaat opnieuw in.
Apparaat uitschakelen.
– Inschakelhefboom loslaten.
NL
131