NL
• Gebruik geen apparaten waarbij de aan-
uitschakelaar niet perfect werkt.
• Houd kinderen uit de buurt van het appa-
raat! Bewaar het apparaat buiten het
bereik van kinderen en onbevoegden.
• Overbelast het apparaat niet. Gebruik het
apparaat uitsluitend voor doeleinden,
waarvoor het bedoeld is.
• Gebruik altijd de vereiste persoonlijke
beschermingsmiddelen.
• Altijd voorzichtig en uitsluitend in goede
conditie werken: bij vermoeidheid, ziekte,
gebruik van alcohol, medicijnen en drugs
kunt u het apparaat niet meer veilig
gebruiken.
• Dit toestel mag niet worden gebruikt door
personen (inclusief kinderen) met geredu-
ceerde fysische, sensorische en gees-
telijke vaardigheden, of gebrek aan erva-
ring en kennis, hetzij, dat zij samen onder
toezicht van een voor hun veiligheid ver-
antwoordelijke persoon het toestel gebrui-
ken.
• Zorg ervoor, dat kinderen niet met het toe-
stel spelen.
• Neem altijd de geldige nationale en inter-
nationale veiligheids-, gezondheids- en
arbeidsvoorschriften in acht.
Gevaar door trilling
VOORZICHTIG! Gevaar voor ver-
wondingen door trilling! Vooral bij
personen met bloedsomloopstoornis-
sen kan het door trilling tot aantasting
van bloedvaten of aders komen.
Bij volgende symptomen onderbreekt
u onmiddellijk het werk en raadpleegt
u een arts: inslapen van lichaamsde-
len, gevoelsverlies, jeuk, steken, pijn,
veranderingen van de huidskleur.
De in de technische gegevens vermelde tril-
lingswaarde vertegenwoordigt de hoofdza-
kelijke toepassingen van het apparaat. De
effectief tijdens het gebruik aanwezige trilling
kan op basis van volgende factoren hiervan
afwijken:
• Niet-reglementair voorgeschreven
gebruik;
• Ongeschikt inzetgereedschap;
• Ongeschikt materiaal;
• Onvoldoende onderhoud.
U kunt de gevaren duidelijk verminderen als u
zich aan volgende aanwijzingen houdt:
162
All manuals and user guides at all-guides.com
– Onderhoud het apparaat in overeenstem-
ming met de in de gebruiksaanwijzing ver-
melde instructies.
– Vermijd het werken bij lage temperaturen.
– Houd uw lichaam en in het bijzonder de
handen bij koud weer warm.
– Las regelmatig een pauze in en beweeg
daarbij de handen om de doorbloeding te
stimuleren.
Omgang met apparaten met accu
• Risico op brand! Uitsluitend toegestane
accu's van de fabrikant gebruiken. Uitslui-
tend geadviseerde opladers van de fabri-
kant gebruiken. Accu die niet wordt
gebruikt, niet in de buurt leggen van meta-
len voorwerpen. Dit zou kortsluiting kun-
nen veroorzaken. Er bestaat risico op let-
sel en brandgevaar.
• Voor het aansluiten van de oplader moet
worden gecontroleerd of de netvoorzie-
ning overeenkomt met de aansluitgege-
vens van het apparaat.
• De beveiliging moet met een foutstroom-
beveiliging (FI-schakelaar) met een
dimensiefoutstroom van max. 30 mA
geschieden.
• Accu uitsluitend in afgesloten ruimtes
opladen.
• Controleer of het apparaat is uitgescha-
keld, voordat u de accu plaatst.
• Apparaat nooit inschakelen tijdens het
opladen.
• Bij onjuist gebruik kan vloeistof uit de bat-
terij lopen. Accuvloeistof kan leiden tot
huidirritaties en brandwonden. Contact
absoluut vermijden! Bij onvoorzien con-
tact grondig met water afspoelen. Bij oog-
contact direct een arts raadplegen.
Over de omgang met brandstoffen
Brandstoffen zijn ontvlambaar en explo-
sief. Verlaag het risico op explosies en
brand:
• Schakel vóór het tanken de motor uit en
laat deze afkoelen.
• Roken en open vuur van iedere aard is
verboden, wanneer u met brandstof
omgaat.
• Sla brandstoffen alleen op in toegelaten
en gemarkeerde canisters en meng deze
daarin.
• Sla brandstoffen afgesloten op. Brand-
stoffen verdampen ook bij de omgevings-
temperatuur en kunnen zich in gesloten
ruimtes op de vloer ophopen (ontplof-
fingsgevaar).