GB
5.6 Brakes adjustment
5.6.1 Bicycles equipped with derailleur
As soon as brakes begin to lose efficiency, it is necessary
to recover the wear of the brake shoes.
Adjustment can be effected by means of the adjusters
at the brake levers (fig. 22):
*
Unlock the lock nut (A);
*
To tighten the brake, unscrew the hollow screw
(B)
*
Lock the lock nut (A) making sure that the
hollow screw (B) does not turn with it.
*
Spin the wheel to check that it turns freely and
test brake efficiency.
*
Readjust if necessary.
Try to obtain the maximum braking efficiency before
that the brake lever touches the handlebar.
When it is no more possible to recover the
brake efficiency only through the brake levers
adjusters, replace the brake shoes at any repair
shop.The two shoes of each brake are to be at the
same distance from the rim: the two screws (C)
of fig. 23 allow to adjust this distance, if
necessary.
5.6.2 Bicycles equipped with gears hub
To adjust the rear brake : see separate manual.
D
5.6 Einstellung der Bremsen
5.6.1 Fahrräder mit Kettenschaltung
Sobald die Bremsen ihre Effizienz einzubüssen
beginnen , muss der Verschleiss der Bremsbeläge
abgestellt werden indem man auf die Spannschrauben
am Ende der Bremshebel (Abb. 22) einwirkt:
*
Die Kontermutter (A) lösen
*
Die Schraube (B) lockern, um die
Bremnswirkung zu steigern
*
Die Mutter (A) erneut anziehen und dabei
darauf achten, dass sich die Schraube (B) nicht
mitdreht
*
Das Rad drehen und prüfen , ob es sich frei
dreht und die Bremswirkung kontrollieren.
*
Falls erforderlich, die Einstellung wiederholen.
Die Einstellung ist optimal, wenn sich eine
effziente Bremswirkung ergibt, wenn der
Bremshebel zwar vollständig angezogen ist,
jedoch
dabei den Lenker nicht
Wenn es nicht mehr möglich ist, die Bremskraft
durch Einwirken auf die Spannschrauben
wieder herzustellen, müssen die Bremsbeläge
in einer Reparaturwerkstatt ausgewechselt
werden. Die zwei Backen der beiden Bremsen
müssen den gleichen Abstand von der Felge
aufweisen: falls erforderlich, kann der Abstand
mit Hilfe der zwei Schrauben (C) der Abb.
23 eingestellt werden.
5.6.2 Fahrräder mit Nabenschaltung
Einstellung der Hinterbremse: Siehe getrennte
Anleitung
B
A
Fig. 22
Abb. 22
Afb. 22
NL
5.6 Afstelling van de remmen
5.6.1 Fietsen met derailleur
Zodra de remmen kracht beginnen te verliezen, moet
de slijtage van de remblokjes worden gecompenseerd
met de spanschroeven op de uiteinden van de
remhendels (afb. 22):
*
Draai de contramoer los (A).
*
Om de rem nauwkeuriger te maken: schroef
(B) losdraaien
*
Draai de moer (A) weer aan terwijl u de schroef
(B) op zijn plaats houdt
*
Controleer of het wiel vrij draait en de rem
doeltreffend werkt.
*
Herhaal het afstellen als dat nodig is.
De rem is optimaal afgesteld als de driewieler goed
remt wanneer de remhendel niet tegen het stuur
komt terwijl u hem toch maximaal indrukt.
Als het u niet lukt de driewieler goed te laten
berührt.
remmen, moeten de remblokjes worden
v e r v a n g e n
d o o r
De twee remblokjes van elke rem moeten zich
op dezelfde afstand ten opzichte van de velg
bevinden: met de twee schroeven (C) van afb.
23 kan deze afstand zonodig ingesteld worden.
5.6.2 Fietsen met versnellingsnaaf
Voor regeling van de achterrem: Zie speciale
handleiding.
C
Fig. 23
Abb. 23
Afb. 23
e e n
f i e t s e n m a k e r .
C