Kerbl 223582 Mode D'emploi page 29

(NL) Installatiehandleiding –
antivries verwarmingskabel voor buisleidingen
Lees deze handleiding voor de installatie en het gebruik a.u.b. zorgvuldig door.
Schade die ontstaat door de niet-naleving van deze handleiding, is uitgesloten van elke aansprakelijkheid of garantie.
1. Veiligheidsinstructies
Let op!
Bij ondeskundig gebruik bestaat letselgevaar voor mens en dier en kans op materiële schade!
• De vakkundige aansluiting en plaatsing mag alleen door een elektricien worden uitgevoerd! De betreffende VDE-voorschriften (Duitse
voorschriften inzake elektrische installaties) moeten worden nageleefd!
Afb. 1 – Symbool op het product
• Brandgevaar! Om brand te voorkomen, moet de verwarmingskabel minstens op een afstand van 13 mm blijven tot brandbare mate-
rialen.
• Brandgevaar! Er mag uitsluitend niet-brandbare buisisolatie worden gebruikt. (Afb. 11)
• De verwarmingskabel moet worden aangesloten op een stopcontact van 230 V met randaarding. Het moet zijn beveiligd met een B10 A
of B16 A LS-schakelaar. Aanvullend moet een eigen FI-aardlekschakelaar 30 mA worden gebruikt. Een gecombineerde FI/LS-schakelaar
met dienovereenkomstige activeringskarakteristiek is mogelijk. De FI-schakelaar mag alleen stroomcircuits verzorgen die voor de verwar-
mingskabels zijn bedoeld.
• De FI in de verdeelkast, in onderverdelingen en het stopcontact of de verdelerdoos moet door een sticker met waarschuwingssymbool
en informatie over de precieze installatielocatie van de verwarmingskabel worden gemarkeerd.
• De stroomcircuits waarmee een verwarmingskabel wordt gebruikt, moeten in het schakelschema en de lijst met zekeringen eenduidig
worden aangeduid.
• De werking van de FI moet regelmatig via de functietoets worden gecontroleerd.
• De verwarmingskabel mag nooit worden geknikt. Wanneer de minimale buigradius van R
mingskabel niet meer worden geïnstalleerd en moet worden verwijderd. (Afb. 1)
• Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen vanaf 8 jaar en door personen met verminderde fysieke, sensorische of geestelijke
vermogens of personen die een gebrek aan kennis en ervaring hebben, wanneer zij onder toezicht staan of geleerd hebben het
toestel op een veilige manier te gebruiken en zich bewust zijn van de risico's die het gebruik van het toestel met zich meebrengt.
Kinderen mogen niet met het apparaat spelen. Reinigings- en onderhoudswerkzaamheden
mogen niet door kinderen zonder toezicht worden uitgevoerd.
• De ommanteling van de antivries verwarmingskabel is alleen geschikt voor contact met water en mag niet met chemicaliën, zuren en
logen in aanraking komen.
• Voor de plaatsing moet de verwarmingskabel op eventuele transportschade, beschadigingen, scheuren of verkleuringen in de verwar-
mingskabelommanteling en aan het gehele apparaat worden gecontroleerd.
• Beschadigde verwarmingskabels mogen niet meer worden geplaatst en op het lichtnet worden aangesloten.
• Controleer de spanning en het vermogen van de verwarmingskabel via het typeplaatje.
• Tijdens de installatie mag de aansluitstekker (230 V) niet op het lichtnet worden aangesloten.
• De verwarmingskabel mag niet worden ingekort en is in geleverde staat bedrijfsklaar. De kabel mag ook niet anderszins worden
gewijzigd. (Afb. 2)
• De gekozen verwarmingskabel mag niet meer dan 600 mm korter of langer dan het te verwarmen buisgedeelte zijn. Een overstekend
deel wordt aan het einde met een minimale afstand van 50 mm rond de buis gewikkeld. (Afb. 8)
• Elke poging tot een fysieke wijziging van de kabel resulteert in het vervallen van de garantie. U kunt de kabel niet (laten) repareren
als deze werd afgesneden.
• In combinatie met het apparaat mag geen verlengkabel worden gebruikt.
• De verwarmingskabel mag op geen enkele plek zichzelf of een andere verwarmingskabel raken. (Afb. 3)
• De thermostaat moet op de koudste plek zonder direct zonlicht worden geplaatst. De thermostaat mag niet permanent in water
liggen. De aansluitkabel mag niet in water liggen en niet worden blootgesteld aan direct zonlicht. Fixeer de verwarmingskabel niet
met tape waarvan de lijm agressief is.
• Beschadigingen van de verwarmingskabel door scherpe randen moeten worden voorkomen. (Randbescherming gebruiken.)
• De stekker mag alleen in droge ruimten worden aangesloten.
• De verwarmingskabel mag niet verdraaid worden geplaatst.
• Plaats de verwarmingskabel niet langs verwarmde, hete of apart verwarmde gebouwdelen (bijv. schoorsteen, hete buisleidingen).
= 20 mm werd onderschreden, mag de verwar-
min
29