GEBRUIK
Aanwijzingen voor het
gebruik
• Gebruikers moeten in gedachten houden dat
er zich ijs kan vormen wanneer de deur
volledig gesloten is, als de luchtvochtigheid
hoog is tijdens de zomer, of als de
diepvriesdeur vaak wordt geopend.
• Zorg dat er voldoende ruimte is tussen
voedsel opgeslagen op de plank en het vak in
de deur, zodat de deur volledig te sluiten is.
• Als de deur langdurig wordt geopend, kan dit
een aanzienlijke temperatuurstijging veroorzaken
in de compartimenten van het apparaat.
• Als het koelapparaat gedurende lange perioden
leeg blijft, moet u het uitschakelen, ontdooien,
reinigen, drogen en de deur geopend laten om
schimmelvorming in het apparaat te voorkomen.
Suggestie voor energiebesparing
• Zorg dat er voldoende ruimte is tussen
opgeslagen voedsel. Dit maakt het mogelijk
dat koude lucht gelijkmatig wordt verspreid en
dit verlaagt de elektriciteitsrekening.
• Berg warme maaltijden pas nadat deze zijn
afgekoeld op om damp of ijsvorming te
voorkomen.
• Zet bij het opslaan van voedsel in de
diepvries de diepvriestemperatuur lager dan
de temperatuur aangegeven op het voedsel.
• Leg het voedsel niet in de buurt van de
temperatuursensor. Houd een afstand van
minimaal 3 cm vanaf de sensor.
• Houd er rekening mee dat er maar een
beperkte temperatuurstijging na ontdooiing is
toegestaan volgens de specificaties van het
apparaat. Wilt u de impact van de
temperatuurstijging op het opgeslagen
voedsel minimaliseren, verzegel of wikkel dan
het opgeslagen voedsel in verschillende lagen.
Het automatisch ontdooiingssysteem in het
•
apparaat zorgt ervoor dat er in het vak geen
ijs wordt opgebouwd onder normale
gebruiksomstandigheden.
•
Bewaar alle binnenste onderdelen (bv.
deurbakken, laden en legplanken) op hun
oorspronkelijke plaats voor een zo efficiënt
mogelijk gebruik van energie.
•
Stel de temperatuur van het apparaat niet
lager in dan nodig is.
Voedsel efficiënt bewaren
• Bewaar bevroren of gekoeld voedsel in
afgesloten verpakkingen.
• Controleer de vervaldatum en het etiket
(bewaarinstructies) voordat u voedsel in het
apparaat legt.
• Bewaar voedsel niet te lang (meer dan 4
weken) als het gemakkelijk bederft bij een
lage temperatuur.
• Plaats het gekoelde of bevroren voedsel
onmiddellijk na aankoop in respectievelijk de
koelkast of de vriezer.Vermijd het opnieuw
invriezen van voedsel dat volledig ontdooid is.
Opnieuw invriezen van voedsel dat volledig
gesmolten is, zal de smaak en
voedingswaarde verlagen.
•
Sla rauw vlees en vis op in geschikte
containers in de koelkast zodat ze niet in
contact komen met of druppen op andere
etenswaren.
• Geen groenten in een krant wikkelen en
opslaan. Gedrukt krantenmateriaal of andere
vreemde stoffen kunnen afgeven op
levensmiddelen.
• Stop niet teveel in het apparaat. Als het
apparaat te vol zit kan de koude lucht niet
goed circuleren.
• Als u een te lage temperatuur voor voedsel
instelt, kan het bevriezen. Stel geen
temperatuur in onder diegene die vereist is
om het voedsel correct te bewaren.
Om meer ruimte vrij te maken, kunt u het
•
flessenrek, de eierhouder, de ijslade en het
groentevak verwijderen.
Voedsel kan bevriezen of bederven als het op
•
de verkeerde temperatuur wordt bewaard.
Stel de koelkast in op de juiste temperatuur
voor het voedsel dat wordt bewaard.
Maximale invriescapaciteit
• De Express Freeze-functie stelt de vriezer in
op de maximale vriescapaciteit. Dit duurt
meestal 24 uur en de functie wordt daarna
automatisch uitgeschakeld.
• Als de maximale vriescapaciteit wordt
gebruikt, moet de Express Freeze-functie
minimaal 7 uur van tevoren worden
ingeschakeld, voordat verse producten in het
vriesvak kunnen worden geplaatst.
NL
11