Aanzetten van de voorlamp (Fig. 4)
LET OP:
• Kijk niet direct in het lamplicht of in de lichtbron.
Druk de trekschakelaar in om de lamp aan te zetten. De
lamp blijft branden zolang als de trekschakelaar wordt
ingedrukt.
De lamp gaat 10 tot 15 seconden nadat de trekschake-
laar is losgelaten automatisch uit.
OPMERKING:
• Gebruik een droge doek om vuil op de lamp eraf te
vegen. Pas op dat u geen krassen maakt op de lamp-
lens, omdat de verlichtingssterkte daardoor kan ver-
minderen.
Werking van de omkeerschakelaar (Fig. 5)
Dit gereedschap heeft een omkeerschakelaar voor het
veranderen van de draairichting. Druk de omkeerschake-
laar in vanaf zijde A voor rechtse draairichting, of vanaf
zijde B voor linkse draairichting.
Wanneer deze omkeerschakelaar in de neutrale stand
staat, kan de trekschakelaar niet worden ingedrukt.
LET OP:
• Controleer altijd de draairichting alvorens het gereed-
schap te gebruiken.
• Verander de stand van de omkeerschakelaar alleen
nadat het gereedschap volledig tot stilstand is geko-
men. Indien u de draairichting verandert terwijl de boor
nog draait, kan het gereedschap beschadigd raken.
• Zet de omkeerschakelaar altijd in de neutrale stand
wanneer u het gereedschap niet gebruikt.
INEENZETTEN
LET OP:
• Controleer altijd of het gereedschap is uitgeschakeld
en de accu ervan is verwijderd alvorens enig werk aan
het gereedschap uit te voeren.
Selecteren van de juiste sok
Gebruik altijd een sok van de juiste maat voor het vast-
draaien van bouten en moeren. Het gebruik van een sok
van de onjuiste maat zal een onnauwkeurig of onregel-
matig aantrekkoppel en/of beschadiging van de bout of
moer tot gevolg hebben.
Installeren of verwijderen van de sok
1.
Voor een sok zonder O-ring en pen (Fig. 6)
Installeer de sok door deze op het draaistuk van het
gereedschap te duwen totdat de sok op zijn plaats
vergrendelt.
Om de sok te verwijderen, trekt u deze gewoon eraf.
2.
Voor een sok met O-ring en pen (Fig. 7)
Verwijder de O-ring uit de groef in de sok en verwij-
der de pen uit de sok. Schuif de sok over het draai-
stuk van het gereedschap zodat het gat in de sok op
één lijn komt met het gat in het draaistuk. Steek de
pen door het gat in de sok en in het draaistuk. Breng
de O-ring weer op zijn oorspronkelijke plaats in de
groef aan, zodat de pen op zijn plaats wordt gehou-
den. Om de sok te verwijderen, voert u deze proce-
dure in omgekeerde volgorde uit.
24
Haak (Fig. 8)
De haak is handig om het gereedschap tijdelijk aan op te
hangen. De haak kan aan beide kanten van het gereed-
schap worden bevestigd.
U bevestigt de haak door deze in een groef in de behui-
zing van het gereedschap te steken en vast te zetten met
een schroef. Om de haak te verwijderen, draait u de
schroef los en haalt u de haak van het gereedschap af.
BEDIENING
LET OP:
• Maak de accu altijd stevig aan het gereedschap vast, in
volledig vergrendelde stand. Als u de rode aanduiding
boven de knop kunt zien, is ze niet volledig vergren-
deld. Breng de accu dan steviger aan, zodat de rode
aanduiding niet meer zichtbaar is. Als u dit nalaat, kan
de accu losraken van het gereedschap en vallen, met
kans op letsel voor u of iemand in uw nabijheid.
Houd het gereedschap stevig vast en plaats de sok over
de bout of moer. Schakel het gereedschap in en draai de
bout of moer in de juiste aantrektijd vast. (Fig. 9)
Het juiste aantrekkoppel kan verschillen afhankelijk van
het soort en de maat van de bout, het materiaal van het
te bevestigen werkstuk, enz. De verhouding tussen het
aantrekkoppel en de aandraaitijd is aangegeven in de
figuren. (Fig. 10 en 11)
OPMERKING:
• Houd het gereedschap loodrecht op de bout of moer.
• Een buitensporig hoog draaikoppel kan de bout/moer
of dop beschadigen. Alvorens de werkzaamheden aan
te vangen, voert u altijd een proefbediening uit om het
juiste draaikoppel te bepalen voor uw bout of moer.
• Indien u het gereedschap zonder onderbreking
gebruikt totdat de accu is uitgeput, dient u het gereed-
schap 15 minuten te laten rusten alvorens met een
verse accu verder te werken.
Het aantrekkoppel wordt beïnvloed door een aantal ver-
schillende factoren, waaronder de volgende. Controleer
na het vastdraaien altijd het aantrekkoppel met een
momentsleutel.
1.
Wanneer de accu bijna leeg is, neemt het voltage af
en vermindert het aantrekkoppel.
2.
Sok
• Het gebruik van een sok van de onjuiste maat zal
resulteren in een te laag aantrekkoppel.
• Een versleten sok (slijtage op het zeskante of vier-
kante uiteinde) zal resulteren in een te laag aan-
trekkoppel.
3.
Bout
• Zelfs wanneer de koppelverhouding en de klasse
van de bout overeenkomen, kan door verschillen
in de diameter van de bouten het juiste aantrek-
koppel per bout toch afwijken.
• Ook al zijn de diameters van twee bouten gelijk,
dan kunnen er nog verschillen in het juiste aan-
trekkoppel van de twee bouten optreden ten
gevolge van verschillen in de koppelverhouding en
de klasse en lengte van de bouten.
4.
Het aantrekkoppel is iets lager wanneer een kogel-
gewrichtverbinding of verlengstaaf wordt gebruikt. U
kunt dit verlies aan aantrekkoppel compenseren
door de aantrektijd te verlengen.