INSTALLATIE EN WERKOM-
STANDIGHEDEN VAN HET
APPARAAT
Dit koelapparaat is bedoeld voor gebruik als inbouwapparaat.
Installatie voor de eerste ingebruikname
•
Pak het product uit en verwijder de veiligheidsbanden van de deur en uitrusting
(Tek. 4). De restanten van het lijm kunt u met een zacht reinigingsmiddel
verwijderen.
•
Gooi de piepschuim elementen van de verpakking niet weg. Ingeval van een
toekomstig transport, dient de koel-vriescombinatie nog een keer met behulp
van piepschuim elementen, folie en plakband bevei- ligt te worden.
•
Was de binnenkant van de koelkast en de diepvriezer met een zacht warm
water met een afwasmiddel en daarna droog het met een doek en wacht tot
het droog wordt.
•
Plaats de koel-vriescombinatie op een ondergrond, die vlak, water- pas en
stabiel is, in een droge en regelmatig ventileerde ruimte, niet in direct zonlicht
of naast andere warmtebronnen, zoals een gasfor- nuis, CV-radiator, CV-buis
of warme water installatie ezv.
•
Op de buiten oppervlakken van het product kan zich beschermende folie
bevinden welke verwijderd dient te worden.
•
Het apparaat moet waterpas geplaatst zijn, wat kunt u bereiken door op een
juiste manier 2 voorvoetjes op te schuiven (tek. 3).
•
Om de deur vrijuit te kunnen openen, dient de afstand tussen de zijwand van
het product (aan de kant van de deurscharnieren) en de muur in
overeenstemming te zijn met afbeelding 5*.
•
De ruimte dient regelmatig geventileerd te worden en het lucht dient
onbelemmerd van alle zijden van het apparaat circuleren (tek. 6*).
Minimale afstanden van warmtebronnen
•
van elektrische fornuizen, gasfornuizen en andere fornuizen - 30 mm,
•
van olie- of steenkoolkachels - 300 mm,
•
van ingebouwde fornuizen - 50 mm
Indien het behouden van deze afstanden niet mogelijk is, dient u een
juiste isolatieplaat te gebruiken.
Attentie:
•
De achterwand van de koelkast en in het bijzonder de condensor en andere
elementen van het koelingssysteem mogen de andere ele- menten niet aan
te rakken, in het bijzonder elementen die defecten kunnen veroorzaken (CV-
buis en wateraanvoerbuis).
•
Het is verboden om aan de onderdelen van het aggregaat te manipu- leren. In
het bijzonder mag het capillair niet defect te zijn, die u bij de compressor ziet.
Het capillair mag niet gevouwen, getrokken nog gerold worden.
•
Het beschadigen van het capillair door de gebruiker maakt de garan- tie
ongeldig (tek. 8).
•
In geselecteerde modellen bevindt zich de deurhendel aan de bin- nenkant
van het product en dient het vastgeschroeft te worden met een
schroevendraaier.
30