nl Uw apparaat leren kennen
4 Uw apparaat leren kennen
De gebruiksaanwijzing geldt voor verschillende kook-
platen. De afmetingen van de kookplaten vindt u in het
typeoverzicht. → Pagina 2
4.1 Bedieningspaneel
Via het bedieningsveld kunt u alle functies van uw apparaat instellen en informatie krijgen over de gebruikstoestand.
4.2 Indicaties
De indicaties geven ingestelde waarden en functies
aan.
Indicatie Naam
-
Kookstanden
/
Restwarmte
Elektronica voor bijna-gaarkoken
4.3 Touchvelden
Touch-velden zijn aanraakgevoelige oppervlakken. Om
een functie te kiezen het betreffende veld selecteren.
Touch-
Naam
veld
Kinderslot
Bijschakeling kookzone met twee ringen
Bijschakeling braadzone
Opmerkingen
¡ Houd het bedieningspaneel altijd droog. Vocht heeft
een nadelige invloed op de werking.
¡ Zorg dat er geen pannen in de buurt van indicaties
en touchvelden komen. De elektronica kan overver-
hit raken.
36
4.4 Kookzones
Hier vindt u een overzicht van de verschillende bijscha-
kelingen van de kookzones.
Kook-
Naam
plaat
Kookzone met
één ring
Kookzone met
twee ringen
Braadzone
Opmerkingen
¡ Donkere gedeelten in het gloeibeeld van de kookzo-
ne hebben een technische oorzaak. Ze zijn niet van
invloed op de werking van de kookzone.
¡ De kookzone regelt de temperatuur door de verwar-
ming in en uit te schakelen. Ook bij het hoogste ver-
mogen kan de verwarming inschakelen en uitscha-
kelen.
¡ Bij kookzones met meerdere ringen kunnen de ver-
warmingselementen van de kookzone en de bijge-
schakelde gedeelten op verschillende tijdstippen
worden in- en uitgeschakeld.
Redenen:
– Gevoelige componenten worden beschermd te-
gen oververhitting.
– Het apparaat wordt beschermd tegen elektrische
overbelasting.
– Er wordt een beter kookresultaat bereikt.
Bijschakelen en uitschake-
len
Op tippen.
Op
tippen.