■ Voer de werkzaamheden aan afvoer en leidingen
goed uit volgens de installatiehandleiding.
Door mankementen aan afvoer of leidingwerk kan
water van het apparaat druppelen en het interieur nat
maken en beschadigen.
■ Raak de luchtinlaat en de aluminium ribben van de
buitenunit niet aan.
Dit kan letsel veroorzaken.
Draag beschermende uitrusting wanneer u de
■
onderkant van de buitenunit aanraakt.
Als u geen beschermende uitrusting draagt, kunt u
letsel oplopen.
1-2. BEPALEN VAN DE INSTALLATIEPLAATS
BINNENUNIT
WAARSCHUWING
Dit apparaat moet worden geïnstalleerd in een ruimte met een groter
vloeroppervlak dan in deze installatiehandleiding wordt aangegeven.
Installeer binnenunits op een plek die aan de volgende voorwaarden voldoet:
• Waar de luchtstroom niet wordt geblokkeerd.
• Waar koele (of warme) lucht zich door de gehele ruimte kan verspreiden.
• Aan een stevige muur die niet trilt.
• Waar geen direct zonlicht op het apparaat valt. Stel het apparaat ook niet bloot
aan direct zonlicht in de tijd tussen uitpakken en gebruik.
• Waar aftappen gemakkelijk kan.
• Op minstens 1 m afstand van tv's en radio's. De airconditioner kan de radio- of
tv-ontvangst storen. Voor het betreffende apparaat kan een antenneversterker
nodig zijn.
• Zo ver mogelijk uit de buurt van TL-verlichting en andere sterke lichtbronnen.
Zodat het infrarode afstandsbedieningssignaal de airconditioner juist kan be-
dienen. De hitte van de lampen kan vervorming veroorzaken of het ultraviolet
licht kan verslechtering veroorzaken.
• Waar het luchtfilter gemakkelijk te verwijderen en te vervangen is.
• Uit de buurt van andere warmte- of stoombronnen.
• Installeer de unit niet in een omgeving waarin apparatuur voor propaan-, bu-
taan- of methaangas, insectendodende sprays, rookgenererende apparatuur,
coatingmaterialen en medicinale middelen worden gebruikt of in een ruimte
waar gas op zwavelbasis wordt gegenereerd.
• De koelmiddelsensor die in de binnenunit is gemonteerd, kan hierop reageren
en een fout weergeven voor koelmiddellekkage. Hierdoor kan de unit mogelijk
niet functioneren.
AFSTANDSBEDIENING
Bewaar de afstandsbediening bij voorkeur op een plek die aan de volgende voor-
waarden voldoet:
• Waar de afstandsbediening gemakkelijk te zien en te bedienen is.
• Waar kinderen er niet bij kunnen.
• Kies een plaats op ca. 1,2 m boven de vloer. Controleer of vanaf die plaats
de signalen van de afstandsbediening goed worden ontvangen door de bin-
nenunit (u hoort dan één of twee pieptonen).
Opmerking:
In ruimtes waarin TL-verlichting van het invertertype wordt gebruikt, wordt het signaal
van de draadloze afstandsbediening mogelijk niet ontvangen.
Bij aansluiting op een buitenunit die gebruikmaakt van R32-koelmiddel dient u de binnenunit te installeren in een ruimte met een vloeroppervlak van minimaal Amin,
overeenkomend met koelmiddel M (koelmiddel af fabriek + op locatie toegevoegd koelmiddel). Raadpleeg de buitenunit voor de hoeveelheid koelmiddel en toe te
voegen hoeveelheid koelmiddel.
M [kg]
1,00
1,10
1,20
1,30
1,40
1,50
1,60
1,70
1,80
1,84
1,90
2,00
2,10
2,20
2,30
2,40
VOORZICHTIG
■ Installeer de buitenunit niet op een plaats waar
mogelijk kleine dieren leven.
Als kleine dieren in het apparaat belanden en elektri-
sche delen aanraken, kan een storing, rookontwikke-
ling of brand ontstaan. Adviseer de gebruiker ook om
de omgeving van het apparaat schoon te houden.
■ Gebruik de airconditioner niet tijdens het uitvoeren
of afwerken van bouwwerkzaamheden binnenshuis
of wanneer de vloer in de was wordt gezet.
Na dergelijke werkzaamheden dient u de ruimte
goed te ventileren voordat u de airconditioner weer in
gebruik neemt. Als u dit niet doet, kunnen vluchtige
elementen in de airconditioner blijven zitten, resulte-
rend in waterlekkage of condensdruppels.
BUITENUNIT
• Waar geen harde wind op het apparaat staat. Als er tijdens het ontdooien wind
op de buitenunit staat, duurt het langer voordat de unit is ontdooid.
• Waar de luchtstroom goed en stofvrij is.
• Waar regen of direct zonlicht zoveel mogelijk kan worden voorkomen.
• Waar de buren geen last hebben van het geluid of de hete lucht.
• Waar een stevige muur of ondersteuning beschikbaar is om lawaaitoename en
trillingen te voorkomen.
• Waar geen kans bestaat dat er brandbaar gas lekt.
• Indien u de unit op een hoge plaats installeert, zet dan de poten van de unit goed vast.
• Op tenminste 3 m afstand van de antenne van een tv of radio. Op plaatsen met
een slechte ontvangst kan de radio- of tv-ontvangst gestoord worden door de air-
conditioner. Voor het betreffende apparaat kan een antenneversterker nodig zijn.
• Installeer de unit horizontaal.
• Installeer de unit op een plaats waar geen sneeuw valt of sneeuw naartoe ge-
blazen wordt. Breng in gebieden met zware sneeuwval een afdak, verhoging
en/of enkele schotten aan.
Opmerking:
Het is aan te raden om bij de buitenunit een lus in de leiding te leggen om het
doorgeven van trillingen te verminderen.
Opmerking:
Vermijd installatie op de volgende plaatsen, aangezien problemen met de air-
conditioner dan voor de hand liggen.
• Waar ontvlambaar gas kan lekken.
• Op plaatsen met veel machineolie.
• Waar olie spat of in ruimtes die gevuld zijn met olieachtige rook (zoals
keukens en fabrieken waar de eigenschappen van kunststof kunnen worden
gewijzigd en beschadigd).
• In zoute gebieden, bijvoorbeeld aan de kust.
• In de buurt van sulfidegas, bijvoorbeeld bij hete bronnen, rioleringen en
afvalwater.
• Waar hoogfrequente of draadloze apparatuur aanwezig is.
• Waar er veel vluchtige organische stoffen vrijkomen, zoals ftalaten en formaldehyde,
die tot scheuren door chemische inwerking kunnen leiden.
• Het apparaat moet zich in een ruimte bevinden waar het is gevrijwaard van
mechanische schade.
Amin [m
]
2
Geen vereisten
3,63
3,75
3,95
4,15
4,34
4,54
4,74
(Kan onder bepaalde omstandigheden tot ernstig letsel leiden bij onjuist handelen.)
■ Installeer de unit niet in een ruimte die zich kan
vullen met rook, gas of een medicinaal middel.
De koelmiddelsensor die in de binnenunit is gemon-
teerd, kan hierop reageren en een fout weergeven
voor koelmiddellekkage.
■ Wees voorzichtig met de draaiende ventilator wan-
neer de netschakelaar AAN staat.
Wanneer de koelmiddelsensor de koelmiddellek-
kage detecteert, begint de ventilator automatisch te
draaien. U kunt hierdoor gewond raken.
■ Bij het gebruik van spuitbussen voor bouwwerk-
zaamheden binnenshuis, interieurafwerking of
het afdichten van een gat in de muur dient u de
netschakelaar uit te zetten en de ruimte goed te
ventileren. De koelmiddelsensor kan reageren op
het gas in de spuitbus en detectiefouten veroor-
zaken.
NL
NL-2