16
www.electrolux.com
Probleem
De sensorvelden worden
warm.
Er klinkt geen signaal wan‐
neer u de sensorvelden
van het bedieningspaneel
aanraakt.
gaat branden.
gaat branden.
gaat branden.
en een getal gaat bran‐
den.
gaat branden.
Mogelijke oorzaak
Het kookgerei is te groot of
staat te dicht bij het bedie‐
ningspaneel.
De signalen zijn uitgescha‐
keld.
De automatische uitscha‐
keling is in werking getre‐
den.
De kinderbeveiliging of
toetsblokkering is actief.
Er staat geen kookgerei op
de zone.
Het kookgerei is niet goed. Gebruik het juiste kookge‐
De diameter aan de bo‐
dem van het kookgerei is
te klein voor de zone.
Er heeft zich een fout in de
kookplaat voorgedaan.
Er is een storing opgetre‐
den in de kookplaat, omdat
er kookgerei is droogge‐
kookt. Automatische uit‐
schakeling en de overver‐
hittingsbescherming voor
de zones zijn in werking
getreden.
Oplossing
Plaats groter kookgerei op
de achterste kookzones in‐
dien nodig.
Schakel de signalen in.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Dagelijks gebruik'.
Schakel de kookplaat uit
en weer in.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Dagelijks gebruik'.
Zet kookgerei op de zone.
rei.
Zie het hoofdstuk 'Nuttige
aanwijzingen en tips'.
Gebruik kookgerei met de
juiste afmetingen.
Zie het hoofdstuk 'Techni‐
sche informatie'.
Ontkoppel de kookplaat
enige tijd van de stroom‐
toevoer. Ontkoppel de ze‐
kering uit het elektrische
systeem van het huis. Sluit
het apparaat opnieuw aan.
Als
weer gaat branden,
neem dan contact op met
de klantenservice.
Schakel de kookplaat uit.
Verwijder het hete kookge‐
rei. Schakel na ongeveer
30 seconden de kookzone
opnieuw in. Als het pro‐
bleem lag bij het kookge‐
rei, verdwijnt het foutbe‐
richt. De restwarmte-indi‐
cator kan blijven branden.
Laat het kookgerei vol‐
doende afkoelen. Contro‐
leer of uw kookgerei ge‐
schikt is voor de kookplaat.
Zie het hoofdstuk 'Nuttige
aanwijzingen en tips'.