Télécharger Imprimer la page

Fronius Symo 3.7-3-S Instructions De Service page 140

Onduleur pour installations photovoltaïques connectées au réseau
Masquer les pouces Voir aussi pour Symo 3.7-3-S:

Publicité

Les langues disponibles

Les langues disponibles

Na uitschakeling vanwege een te hoge stroom of een te lage spanning tracht de inverter
elke 5 seconden de stroomtoevoer naar het Fronius Solar Net weer te herstellen, zolang
de storing nog bestaat.
Als de storing is verholpen, wordt de stroomtoevoer naar het Fronius Solar Net binnen 5
seconden hersteld.
Voorbeeld
Registratie en archivering van de inverter- en sensordata met behulp van de Fronius Da-
tamanager en de Fronius Sensor Box:
Datanetwerk met 3 inverters en een Fronius Sensor Box:
- Inverter 1 met Fronius Datamanager
- Inverter 2 en 3 zonder Fronius Datamanager!
De externe communicatie (Solar Net) vindt plaats door de inverter via het datacommuni-
catiegedeelte. Het datacommunicatiegedeelte heeft twee RS 422-interfaces als in- en uit-
gang. De verbinding komt tot stand via RJ45-stekkers.
BELANGRIJK! Omdat de Fronius Datamanager als datalogger fungeert, mag geen ande-
re datalogger in de Fronius Solar Net Ring aanwezig zijn.
Per Fronius Solar Net Ring slechts een Fronius Datamanager!
Fronius Symo 3 - 10 kW: Alle overige Fronius Datamanagers uitbouwen en het vrije vak
met optionele kaarten met de bij Fronius optioneel verkrijgbare blindafdekking
(42,0405,2020) afdekken of een inverter zonder Fronius Datamanager gebruiken (light-
versie).
Fronius Symo 10 - 20 kW, Fronius Eco: Alle overige Fronius Datamanagers uitbouwen en
het vrije vak met optionele kaarten door het vervangen van de afdekking (artikelnummer -
42,0405,2094) afdekken of een inverter zonder Fronius Datamanager gebruiken (light-ver-
sie).
Info over multi-
Op de multifunctionele stroominterface kunnen meerdere schakelingvarianten worden
functionele stroo-
aangesloten. Deze kunnen echter niet tegelijkertijd worden bediend. Als er bijvoorbeeld
minterface
een S0-teller op de multifunctionele stroominterface is aangesloten, kan geen signaalcon-
tact voor de overspanningsbeveiliging worden aangesloten (en omgekeerd).
140
In een dergelijk geval is een extra voeding van de DATCOM-componenten via een ex-
terne voedingseenheid aan een van de DATCOM-componenten noodzakelijk.
Voor het vaststellen van een te lage spanning zo nodig ook andere DATCOM-compo-
nenten op storingen controleren.
IN
WLAN
* Fronius Datamanager
= eindstekker
1
2
*
IN
OUT
OUT
°C
3
Sensor Box
IN
OUT
OUT
IN
m/s
W/m²

Publicité

loading