Pentair Flotec FP7KV Manuel D'utilisation Et D'entretien page 43

HOOFDSTUK 5
ONDERHOUD EN SCHADEONDERZOEK
In normale omstandigheden hebben de electrische pompen van de serie PENTAIR FLOTEC VIPVORT geen enkel
onderhoud nodig. Het kan noodzakelijk blijken om de hydraulische onderdelen te reinigen of de pomprotor te vervan-
gen.
GEVAAR - RISICO ELEKTRISCHE ONTLADING
Voor iedere onderhoudsingreep moet de verbinding met het net worden onderbroken.
REINIGING VAN DE HYDRAULISCHE ONDERDELEN VIPVORT (ZIE FIG. 3, FIG. 4, FIG. 5, FIG. 6)
Demontage filterdop: Demonteer de filterdop pas nadat de veiligheidsschroef is verwijderd, houdt de pomp vast
en draai de dop van het filter met de klok mee (van onderaf gezien). Voor de montage van de filterdop draait men
deze tegen de klok in. (zie fig. 4).In het geval dat de filterdop met schroeven op de bodem is bevestigd, moet men de
pomp, om deze demonteren, met de handgreep met de klok meedraaien (zie fig. 5).
DEMONTAGE DIFFUSORFILTER VIPVORT
Demontage diffusorfilter: demonteer het diffusorfilter uitsluitend na de veiligheidsschroef te hebben weggehaald
(zie fig. 3, pos. 5) Houdt de pomp vast en draai het diffusorfilter met de klok mee (van onderaf gezien). Voor het
monteren smeert men de O-ring in met water en draait het filter tegen de klok in (zie fig. 6).
BEWAARVOORSCHRIFT POMP
Berg de pomp op een droge vorstvrije plaats op.
PROBLEEM
DE POMP POMPT GEEN WATER, DE
MOTOR DRAAIT NIET
DE POMP GEEFT GEEN WATER,
MAAR DE MOTOR DRAAIT
DE POMP GEEFT WEINIG WATER
DISCONTINUE WERKING
ALLEEN VOOR EU-LANDEN
Geef elektrisch gereedschap niet met het huisvuil mee! Volgens de Europese richtlijn 2002/96/EG
inzake oude elektrische en elektronische apparaten en de toepassing daarvan binnen de nationale
wetgeving, dient gebruikt elektrisch gereedschap gescheiden te worden ingezameld en te worden
afgevoerd naar een recycle bedrijf dat voldoet aan de geldende milieu-eisen.
MOGELIJKE OORZAAK
1) Geen electrische energie.
2) Steker niet goed eringestoken.
3) Differentiaalschakelaar inge-
grepen.
4) Pomprotor geblokkeerd.
5) Motor of condensator beschadigd. 5) Neem contact op met de klantenservice.
1) Aanzuigrooster verstopt.
2) Antiterugkeerklep geblokkeerd
3) Lucht in de behuizing van de
pomprotor (luchtbellen).
1) Aanzuigrooster gedeeltelijk
verstopt.
2) Leiding verstopt.
3) Pomprotor versleten.
1) Vaste deeltjes verhinderen normaal
lopen van de pomprotor.
2) Temperatuur van de vloeistof
te hoog.
3) Spanning buiten tolerantie.
4) Vloeistof te dik.
5) Motor defect.
HANDLEIDING VOOR GEBRUIK EN ONDERHOUND
REMEDIE
2) Controleer de aanwezigheid van electrische spanning, doe de steker er goed in.
3) Zet de differentiaalschakelaar weer aan.
In het geval dat deze opnieuw ingrijpt moet men zich wenden tot een gespecia-
liseerde electriciën.
4) Haal de onraad weg uit de pomprotor.
1) Reinig het rooster.
2) Reinig of vervang de klep.
3) Herhaal een aantal keren het opstarten zodat de lucht er helemaal uit gaat.
1) Reinig het rooster.
2) Verwijderen de onraad.
3) Neem contact op met de klantenservice.
1) Verwijder onraad.
3) Neem gegevens op typeplaatje in acht.
4) Verdun de gepompte vloeistof.
5) Neem contact op met de klantenservice.
NL
41