MENU → INSTELLINGEN → Installateursniveau → Installatieconfiguratie
→ Energiebedrijf:
→ Bijverwarming:
Fabrieksinstelling: WW + verw.
→ Aanvoertemp. systeem: °C
→ Offset buffer: K
→ Volgordeomkering:
Fabrieksinstelling: In
→ Aanstuurvolgorde:
→ Conf. ext. ingang:
→ Maximale voorverw.tijd:
0020287842_01 sensoCOMFORT Gebruiksaanwijzing en installatiehandleiding
Vastleggen wat bij het verstuurde signaal van het energiebedrijf of een externe thermostaat
gedeactiveerd moet worden. De keuze blijft net zolang gedeactiveerd, tot het signaal wordt
teruggenomen.
De warmteopwekker negeert het deactiveringssignaal, zodra de vorstbeveiligingsfunctie ac-
tief is.
Instellingen bij deactiveringssignaal van het energiebedrijf:
–
WP uit
–
BV uit
–
WP + BV uit
Bij de instellingen WP uit, BV uit en WP + BV uit betekent het contact van het energiebe-
drijf aan de warmtepomp
–
gesloten = geblokkeerd
–
open = vrijgegeven
Instellingen bij deactiveringssignaal van een geïnstalleerde externe thermostaat:
–
Verwarmen uit
–
Koelen uit
–
Verw.+koel. uit
Bij de instellingen Verwarmen uit, Koelen uit en Verw.+koel. uit betekent het contact van
het energiebedrijf aan de warmtepomp
–
gesloten = vrijgegeven
–
open = geblokkeerd
Fabrieksinstelling: WP + BV uit
→ WW + verw.
De extra CV-ketel ondersteunt de warmtepomp niet.
Voor de legionellabescherming, vorstbeveiliging of het ontdooien wordt
de extra CV-ketel geactiveerd.
→ Verwarmen
De extra CV-ketel ondersteunt de warmtepomp bij het verwarmen.
Voor de legionellabescherming wordt de extra CV-ketel geactiveerd.
→ Warm water
De extra CV-ketel ondersteunt de warmtepomp bij de warmwaterberei-
ding.
Voor de vorstbeveiliging of het ontdooien wordt de extra CV-ketel geacti-
veerd.
→ WW + verw.
De extra CV-ketel ondersteunt de warmtepomp bij de warmwaterberei-
ding en bij het verwarmen.
Gemeten temperatuur, bijvoorbeeld achter de hydraulische wissel
Bij overtollige stroom wordt het buffervat door de warmtepomp verwarmd naar de aanvoer-
temperatuur + ingestelde offset. Voorwaarde:
–
Een fotovoltaïsche installatie is aangesloten.
–
In de functie Configuratie WP-regelmodule → ME: is Fotovoltaïek geactiveerd.
Fabrieksinstelling: 10 K
→ Uit
De systeemthermostaat stuurt de warmteopwekkers altijd in de volgorde
1, 2, 3, ... aan.
→ In
De systeemthermostaat sorteert de warmteopwekkers een keer per dag
volgens de duur van de aansturingstijd.
De bijstookverwarming is van de sortering uitgesloten.
Voorwaarde: De CV-installatie heeft een cascade.
Volgorde, waarin de systeemthermostaat de warmteopwekkers aanstuurt.
Voorwaarde: De CV-installatie heeft een cascade.
Selectie of het externe CV-circuit met een brug of met open klemmen wordt gedeactiveerd.
Voorwaarde: de functiemodule FM5 en/of FM3 is aangesloten.
Fabrieksinstelling: NC contact
Instellen van de periode, zodat de gewenste kamertemperatuur aan het begin van het 1e
tijdvenster is bereikt.
Het begin van het opwarmen wordt afhankelijk van de buitentemperatuur (BT) vastgelegd:
–
BT ≤ -20 °C: = ingestelde duur van de voorverwarmingstijd
–
BT ≥ +20 °C: geen voorverwarmingstijd
Tussen deze beide waarden volgt een lineaire berekening van de duur van de voorverwar-
mingstijd.
Fabrieksinstelling: Uit
163