Vervang de afdekplaat van de afstandsbediening
•
Vervang de bestaande afdekplaat van de afstandsbediening
met afdekplaat 6 om het gat af te dekken dat ontstaat als de
afstandsbediening wordt verwijderd.
1. Maak aan de achterzijde van de voorplaat de haakjes van de
afdekplaat los.
Bestaande afdekplaat
afstandsbediening
2. Druk de afdekplaat van de afstandsbediening 6 tegen de
voorplaat om deze te bevestigen.
Afdekplaat
6
afstandsbediening
VULLEN MET WATER
8
•
Zorg ervoor dat de installatie van alle leidingen juist is gedaan,
voordat onderstaande stappen worden uitgevoerd.
1. Draai de knop op de uitlaat van de ontluchtingsklep 9, tegen
de wijzers van de klok in, een volledige slag vanuit de gesloten
positie.
Ontluchtingsklep 9
2. Zet de handel van de overdrukklep c op "OMLAAG".
Hendel
Omhoog draaien
Overdrukklep c
3. Start met het vullen van de binnenunit met water (met een
druk van meer dan 0,1 MPa (1 bar)) via de waterinlaat. Stop
met vullen zodra er water stroomt door de afvoer van de
overdrukklep.
4. Zet de stroomvoorziening AAN en zorg ervoor dat waterpomp f
draait.
5. Controleer en zorg ervoor dat er bij de aansluitpunten van de
slangen geen lekkages zijn.
ACXF60-03130_NL PL EL.indb 9
ACXF60-03130_NL PL EL.indb 9
Voorplaat
Haakje (6 stuks)
Voorplaat
Haakje (6 stuks)
Plug (één hele slag
tegen de wijzers
van de klok in
draaien)
Overdrukklep c
CONTROLEPUNTEN
9
WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat de stroomvoorziening uitgeschakeld is, voordat
u een van de volgende controles uitvoert. Vóór het verkrijgen
van toegang tot de aansluitklemmen moet de stroomvoorziening
worden afgesloten.
CONTROLEER WATERDRUK
De waterdruk mag niet lager zijn dan 0,05 MPa (controle door de
waterdrukmeter d). Vul de tankunit bij met leidingwater, als dat
nodig is. Zie de installatiehandleiding van de tankunit voor de details
hoe u deze kunt bijvullen.
CONTROLEER OVERDRUKKLEP c
•
Controleer de juiste werking van de overdrukklep c door de hendel
in de horizontale positie te draaien.
•
Als u geen klikkend geluid hoort (door het afvoeren van water), neem
dan contact op met uw plaatselijke erkende dealer.
•
Duw na de controle de hendel weer naar beneden.
•
Als er water uit het toestel blijft lopen, schakel het systeem dan uit
en neemt contact op met uw plaatselijke erkende dealer.
CONTROLEER DE VOORDRUK VAN HET EXPANSIEVAT b
[Minimale hoeveelheid water in het systeem]
Zorg ervoor dat de hoeveelheid van het circulerende water in het totale
systeem inclusief de hoeveelheid van de binnenunit meer dan 50 l is.
Als de waterhoeveelheid onvoldoende is, zal bij de ontdooifunctie
de watertemperatuur lager worden en het water zal in de
systeemonderdelen bevriezen wat tot een storing kan leiden.
[Maximale hoeveelheid water in het systeem]
De binnenunit heeft een ingebouwd expansievat met een
luchthoeveelheid van 10 l en een aanvangsdruk van 1 bar.
De totale hoeveelheid water in het systeem mag maximaal 260 l zijn.
Plaats een extra expansievat als de totale waterhoeveelheid meer
dan 260 l is (levering derden).
De vereiste capaciteit van het expansievat voor het systeem kan
worden berekend met onderstaande formule.
x Vo
V =
98 + P
1 -
98 + P
V : Vereiste gasvolume <volume L expansievat>
Vo : Totaal watervolume systeem <L>
: Uitzettingscoëffi ciënt water 5
P
: Vuldruk expansievat
1
P
: Maximale druk systeem
2
- (
) Bevestig de werkelijke waarde
- Het gasvolume van het afgesloten type expansievat wordt weergegeven
met <V>.
Er wordt geadviseerd 10% marge te nemen boven het berekende
benodigde gasvolume.
Tabel wateruitzettingscoëffi ciënt
Watertemperatuur (°C)
Uitzettingscoëffi ciënt water
10
20
30
40
50
60
70
80
90
[Afstelling van de aanvangsdruk in het expansievat als er een
verschil in installatiehoogte is]
Als het hoogteverschil tussen de binnenunit en het hoogste punt
van het watercircuit (H) meer is dan 7 m, pas dan de aanvangsdruk
in het expansievat (Pg) volgens de volgende formule aan.
Pg= (H*10+30) kPa
*(0,1 MPa = 1 bar)
1
2
60 ˚C = 0,0171
= (100) kPa
= 300 kPa
0,0003
0,0019
0,0044
0,0078
0,0121
0,0171
0,0228
0,0291
0,0360
9/23/2016 8:51:16 AM
9/23/2016 8:51:16 AM
9