Trix MINITRIX 03.10 Serie Mode D'emploi page 3

Informations concernant le modèle réelle
De 1939 à 1941, la Deutsche Reichsbahn (DRG) s'est procu-
ré 60 locomotives à vapeur à carénage aérodynamique de
la série 03.10. Elles étaient principalement destinées à par-
courir les lignes faiblement armées de Silésie et de Prusse
Orientale. En tant que développement de la série 03, elles
étaient équipées d'un mécanisme moteur à 3 cylindres.
Leur mise en service régulier n'eut finalement jamais lieu.
A la fin de la Guerre, ces locomotives se retrouvèrent
dépourvues d'une grande partie de leur revêtement
aérodynamique. A la création de la Deutsche Bundesbahn
(DB), 26 machines de cette série se retrouvèrent inscrites
à l'inventaire de cette dernière. Au cours des années 50,
comme la DB avait un pressant besoin de puissantes loco-
motives rapides, toutes les machines existantes de la série
03 furent remaniées. A cette occasion, ce qui restait de leur
carénage fut enlevé. A la suite de cela, elles furent aussitôt
affectées au transport à grande vitesse, se classant ainsi
parmi les locomotives de la DB réussissant les plus longs
parcours d'une traite avec 700 km à leur compteur.
Toutes les machines reçurent au cours des années 1956
à 1958 une nouvelle chaudière soudée. C'est en 1966 que
les derniers exemplaires de cette série furent radiés des
effectifs au dépôt de Hagen Eckesey.
Disposition d'essieux
Longueur hors tampons
Vitesse maximale
Poids en ordre de marche
Puisance nominale
All manuals and user guides at all-guides.com
2'C 1' h3
23 905 mm
140 km/h
104,2 t
1375 kW (1870 CV)
Informatie over het voorbeeld
Tussen 1939 en 1941 kocht de Deutsche Reichsbahn (DRG)
60 sneltreinstoomlocomotieven met stroomlijnbekleding
van de serie 03.10. Ze waren hoofdzakelijk bestemd voor
de hoofdlijnen met een lichte bovenbouw in Silezië en
Oost-Pruisen. Het was een verdere ontwikkeling van de
BR 03 met een drijfwerk met 3 cilinders.
Het geplande sneltreinverkeer met deze locomotieven
heeft eigenlijk nooit plaats gevonden. Aan het eind van
de oorlog reden de locs met een deels verwijderde stro-
omlijnbekleding. Na 1945 werden er 26 afgestaan aan de
pas opgerichte Deutschen Bundesbahn (DB). Aangezien
de DB in de vijftiger jaren deze sterke locomotieven goed
kon gebruiken werden alle beschikbare machines gere-
noveerd. Daarbij werd tevens de resterende bekleding
verwijderd. De aldus ontstane machines werden direct op
het snelverkeersnet ingezet. Ze konden gerekend worden
tot de zwaarst belaste locomotieven van de DB met
diensten van 700 km aan één stuk.
Tussen 1956 en 1958 kregen de machines een nieuwe
gelaste ketel met een groter vermogen. In 1966 werden
de laatste machines bij de lijnwerkplaats Hagen Eckensey
buitendienst gesteld.
Asindeling
Lengte over de buffers
Maximumsnelheid
Dienstgewicht
Normvermogen
2'C 1' h3
23 905 mm
140 km/h
104.2 t
1375 kW (1870 PS)
3