6
Onderhoud
LET OP
Installatie vrijschakelen!
Waarborgen dat de elektrische componenten tijdens de werkzaamheden losgekoppeld zijn van de voe-
dingsspanning.
6.1
Onderhoudsinterval
Het onderhoud moet conform de normen met de volgende tussenpozen gebeuren:
halfjaarlijks (EN 13564)
6.2
Voorbereiding van het onderhoud
Onderhoud alleen uitvoeren als er geen sprake is van
terugstuwing.
Functionele controle van de installatie uitvoeren als dat
nog niet is gebeurd, zie "Inbedrijfstelling en functionele
controle", pagina 78
Motorklep met de toets "Handbediening" op de bestu-
ringskast sluiten.
Met de toets "Alarm" de batterijvoeding uitschakelen.
Isolatiemeting aan de pomp uitvoeren aan de hand van
de nationale richtlijnen voor elektrische veiligheid.
De meetwaarde registreren.
6.3
Onderdelen demonteren en reinigen
De pomp demonteren.
Beide snelsluitingen openen.
Eenhandssluiting bij de perskoppeling openen.
Zwenkverbinding openen.
De pomp kan zonder gereedschap worden verwijderd.
010-844
All manuals and user guides at all-guides.com
Inbouw- en bedieningshandleiding
79 / 104