NL
3. VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN
Het toestel dient geplaatst, aangesloten en gecontroleerd te worden
door een erkend gastechnisch installateur, volgens de laatst geldende
nationale en lokale voorschriften en het fabrieks-installatievoorschrift.
Voor Nederland is dit o.a. het "bouwbesluit", voor België geldt de
installatienorm NBN D51-003 (EN613 § 8.2.2.1.).
Het toestel moet door de installateur gecontroleerd worden op dicht-
heid van gas- en verbrandingsproductencircuit. Controleer de werking
van de regelkraan, het thermokoppelcircuit en het ontsteken van de
brander.
Door de natuurlijke convectie van de haard kunnen de convectie-
openingen aan de bovenzijde van het toestel zeer hete lucht
verspreiden. Om te voorkomen dat een natuurstenen schouw
beschadigt, moet u voor voldoende isolatie tussen het toestel en de
betonnen latei cq. de schouw zorgen.
Het toestel is ontworpen voor verwarmingsdoeleinden. Dit houdt in
dat alle oppervlaktes, inclusief het glas, zeer heet kunnen worden
(> 100 °C). Een uitzondering hierop vormt de onderzijde van de deur
en de bedieningsknoppen.
Wij adviseren u na installatie van de haard deze enige uren op de
hoogste stand te stoken en daarbij tevens goed te ventileren,
zodat het op het binnenwerk van de haard aanwezige
beschermingsvet gelegenheid krijgt tot verdampen. Het verdient de
aanbeveling om na de eerste week volop stoken de ruit schoon te
maken.
NL 4
Omdat een haard een warmtebron is die zorgt voor de circulatie van
de lucht in de kamer, is het van belang dat u de haard niet kort na
een verbouwing stookt. Door de natuurlijke luchtcirculatie wordt
vocht en nog niet uitgeharde verf en lak aangezogen en zal zich op
koude vlakken afzetten.
Het toestel is afgesteld en verzegeld in de fabriek, overeenkomstig
de op de kenplaat aangegeven categorie en op de juiste nominale
belasting. De waakvlambrander is afgesteld op het juiste verbruik.
Controleer of de gegevens op de kenplaat overeenkomen met de
lokale gassoort en de druk.
Controleer of de gegevens op de kenplaat overeenkomen met de aard
van uw installatie (zie technische gegevens voor controle).
Isoleer een (inbouw)haard met keramisch isolatiemateriaal.
Plaats geen gordijnen, kleren, wasgoed, meubels of andere brandbare
materialen in de nabijheid van het toestel.
De minimale veilige afstand bedraagt 100 cm.
Schakel, indien u een afstandsbediening heeft, het ontvangstkastje
uit wanneer u het toestel langere tijd niet gebruikt.
Laat kinderen alleen onder toezicht de afstandsbediening gebruiken.
NL
NL 5