Télécharger Imprimer la page

yeep.me WEEK Mode D'emploi page 144

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 37
• Koppel de oplader pas los als de accu volledig is opgeladen.
NL
• Bewaar het product met de accu op een koele plaats (temperatuur> 0 °), zo dicht
mogelijk bij 15 °C. Wees voorzichtig, overmatige hitte beschadigt de accu ook.
• Voorkom diepe ontladingen.
• Vermijd warm opladen. Laat het apparaat na gebruik 15 minuten tot 1 uur rusten
voordat u het weer oplaadt.
• Vermijd overlading. Laat de oplader niet langer dan 24 uur aangesloten op het
stopcontact, aangezien deze dan onnodig warm wordt.
Opmerking: We raden u aan om de accu na elk gebruik en minstens één keer per
maand op te laden als u deze niet gebruikt.
Belangrijk: Als er nog maar een kwart van de accu over is en uw reis naar het
oplaadpunt niet dichtbij is, raden we u aan om over te schakelen naar de eco-modus.
Tip: Tijdens het rijden kan de niveau-indicator van de accu op het scherm onmiddellijk
afnemen, afhankelijk van uw rijmodus (intensief gas geven, rijden op een heuvel,
buitentemperatuur lager dan 10 °C ...). Merk op dat het werkelijke niveau van de accu
nauwkeuriger wordt weergegeven als het apparaat is uitgeschakeld.
4.2. INSPECTIE EN ONDERHOUD VAN UW APPARAAT
Uw product vraagt om routine-inspectie en onderhoud. Dit hoofdstuk beschrijft de
onderhouds- en bedieningsstappen. Voordat u de volgende verrichtingen uitvoert,
moet u ervoor zorgen dat de stroom is uitgeschakeld en dat de oplaadkabel is
losgekoppeld. Controleer voor elk gebruik van het apparaat aandachtig:
• Het aanspannen van de handgrepen.
• De correcte werking van de wielen door het apparaat op te tillen en de wielen te
laten draaien.
• De kolom, de stuurbuis, niets mag deze verhinderen te draaien. Het volledige
stuursysteem moet correct zijn afgesteld en alle verbindingselementen en schroeven
moeten zijn aangedraaid en in goede staat verkeren.
• De schroeven van het voorwiel, achterwiel, schokdempers, motorkap draai ze indien
nodig vast. De trillingen die worden veroorzaakt door de werking van het apparaat,
zijn de oorzaak van deze aanpassingsbehoeften.
• Slijtage van de banden. De bandenspanning als het apparaat is uitgerust met
opblaasbare wielen en indien nodig oppompen met een fietspomp of gelijkwaardig.
• Remmen, trommelvoeringen, remblokken, voetrem afhankelijk van de uitrusting
van het apparaat. Als het apparaat is uitgerust met mechanische remmen (schijf,
trommel, voet ...), zorg er dan voor dat ze niet in wrijving staan door een spanning van
kabels of een ander probleem, omdat dit een vertraging zou veroorzaken waardoor
het apparaat niet normaal kan rijden. Bovendien kan het verhitten van de remmen
hun efficiëntie beïnvloeden.
• De goede werking van de elektronische rem als het apparaat daarmee is uitgerust.
Als u na de verschillende aandraaibewerkingen vaststelt dat er speling is die het
veilig rijden zou kunnen beïnvloeden, als er een ongebruikelijk geluid optreedt of als
het apparaat niet meer zo vlot rijdt, stop dan met het gebruik van het apparaat en
144

Publicité

loading