2.
Gebruik uitsluitend diamant-doorslijpschijven met
dit elektrisch gereedschap. Ook wanneer het acces-
soire kan worden bevestigd op uw elektrisch gereed-
schap, is een veilige werking niet gegarandeerd.
3.
Het nominale toerental van het accessoire
moet minstens gelijk zijn aan het maximumto-
erental vermeld op het elektrisch gereedschap.
Accessoires die met een hoger toerental draaien
dan hun nominaal toerental kunnen stuk breken
en in het rond vliegen.
4.
Schijven mogen uitsluitend worden
gebruikt voor de aanbevolen toepassingen.
Bijvoorbeeld: u mag niet slijpen met de zijkant
van een doorslijpschijf. Doorslijpschijven zijn
bedoeld voor slijpen met de rand. Krachten op het
zijoppervlak kunnen deze schijven doen breken.
5.
Gebruik altijd onbeschadigde schijfflenzen van
de juiste diameter voor de te gebruiken schijf.
Een goede schijfflens ondersteunt de schijf en ver-
kleint daarmee de kans op het breken van de schijf.
6.
De buitendiameter en de dikte van het acces-
soire moet binnen het capaciteitsbereik van
het elektrisch gereedschap vallen. Accessoires
met verkeerde afmetingen kunnen niet afdoende
worden afgeschermd of beheerst.
De asgatdiameter van schijven en flenzen
7.
moet goed passen rond de as van het elek-
trisch gereedschap. Schijven en flenzen met
een asgatdiameter die niet overeenkomt met de
bevestigingshardware van het elektrisch gereed-
schap zullen niet in balans draaien en buitenspo-
rig trillen, en kunnen tot verlies van controle over
het gereedschap leiden.
8.
Gebruik nooit beschadigde schijven. Inspecteer
vóór ieder gebruik de schijven op ontbrekende
schilfers en barsten. Nadat het elektrisch
gereedschap of de schijf is gevallen, inspec-
teert u het op schade of monteert u een onbe-
schadigde schijf. Na inspectie en montage van
de schijf, zorgt u ervoor dat u en omstanders
niet in het rotatievlak van de schijf staan, en
laat u het elektrisch gereedschap draaien op
het maximaal, onbelast toerental gedurende
één minuut. Beschadigde schijven breken normaal
gesproken in stukken gedurende deze testduur.
9.
Gebruik persoonlijke-beschermingsmiddelen.
Afhankelijk van de toepassing gebruikt u een
spatscherm, een beschermende bril of een
veiligheidsbril. Al naar gelang van toepassing
draagt u een stofmasker, gehoorbeschermers,
handschoenen en een werkschort die in staat
zijn kleine stukjes slijpsel of werkstukfrag-
menten te weerstaan. De oogbescherming moet
in staat zijn rondvliegend afval te stoppen dat
ontstaat bij de diverse werkzaamheden. Het stof-
masker of ademhalingsapparaat moet in staat zijn
deeltjes te filteren die ontstaat bij de werkzaam-
heden. Langdurige blootstelling aan zeer intens
geluid kan leiden tot gehoorbeschadiging.
10. Houd omstanders op veilige afstand van het
werkgebied. Iedereen die zich binnen het
werkgebied begeeft, moet persoonlijke-be-
schermingsmiddelen gebruiken. Fragmenten
van het werkstuk of van een uiteengevallen schijf
kunnen rondvliegen en letsel veroorzaken buiten
de onmiddellijke werkomgeving.
11.
Houd het elektrisch gereedschap uitsluitend
vast aan het geïsoleerde oppervlak van de
handgrepen wanneer u werkt op plaatsen waar
het slijpaccessoire met verborgen bedrading
in aanraking kan komen. Wanneer het slijpac-
cessoire in aanraking komt met onder spanning
staande draden, zullen de niet-geïsoleerde meta-
len delen van het gereedschap onder spanning
komen te staan zodat de gebruiker een elektrische
schok kan krijgen.
12. Leg het elektrisch gereedschap nooit neer
voordat het accessoire volledig tot stilstand
is gekomen. De ronddraaiende schijf kan de
ondergrond pakken zodat u de controle over het
elektrisch gereedschap verliest.
13. Laat het elektrisch gereedschap niet draaien
terwijl u het naast u draagt. Als het ronddraai-
ende accessoire u per ongeluk raakt, kan het
verstrikt raken in uw kleding waardoor het acces-
soire in uw lichaam wordt getrokken.
14. Maak de ventilatieopeningen van het elektrisch
gereedschap regelmatig schoon. De ventilator
van de motor zal het stof de behuizing in trekken,
en een grote opeenhoping van metaalslijpsel kan
leiden tot elektrisch gevaarlijke situaties.
15. Gebruik het elektrisch gereedschap niet in de
buurt van brandbare materialen. Vonken kun-
nen deze materialen doen ontvlammen.
16. Gebruik geen accessoires die met vloeistof
moeten worden gekoeld. Het gebruik van water
of andere vloeibare koelmiddelen kan leiden tot
elektrocutie of elektrische schokken.
Terugslag en aanverwante waarschuwingen
Terugslag is een plotselinge reactie op een beknelde of
vastgelopen draaiende schijf. Beknellen of vastlopen
veroorzaakt een snelle stilstand van de draaiende schijf
dat op zijn beurt ertoe leidt dat het elektrisch gereed-
schap zich ongecontroleerd beweegt in de tegenover-
gestelde richting van de draairichting van de schijf op
het moment van vastlopen.
Bijvoorbeeld, als een schijf bekneld raakt of vastloopt in
het werkstuk, kan de rand van de schijf die het beknel-
lingspunt ingaat, zich invreten in het oppervlak van het
materiaal waardoor de schijf eruit klimt of eruit slaat. De
schijf kan daarbij naar de gebruiker toe of weg springen,
afhankelijk van de draairichting van de schijf op het
beknellingspunt. De schijf kan in dergelijke situaties ook
breken.
Terugslag is het gevolg van misbruik van het elektrisch
gereedschap en/of onjuiste gebruiksprocedures of
omstandigheden, en kan worden voorkomen door
goede voorzorgsmaatregelen te treffen, zoals hieronder
vermeld.
1.
Houd het elektrisch gereedschap stevig vast
en houd uw armen en lichaam zodanig dat u in
staat bent een terugslag op te vangen. Gebruik
altijd de extra handgreep (indien aanwezig)
voor een maximale controle over het gereed-
schap in geval van terugslag en de koppelreac-
tiekrachten bij het starten. De gebruiker kan een
terugslag of de koppelreactie opvangen indien de
juiste voorzorgsmaatregelen worden getroffen.
2.
Plaats uw hand nooit in de buurt van het draai-
ende accessoire. Het accessoire kan terugslaan
over uw hand.
73 NEDERLANDS