Warme motor starten
1. Ga op de stoel zitten.
2. Controleer of het maaidek is ontkoppeld. Zie
maaidek inschakelen en ontkoppelen op pagina
101 .
3. Zet het maaidek in de transportstand. Zie
maaidek in de transportstand of maaistand
zetten op pagina 100 .
4. Zet de besturingshendel in de neutrale stand.
5. Zet de gashendel in de snelle stand.
6. Houd het rempedaal volledig ingetrapt.
7. Steek de contactsleutel in het contact.
8. Draai de contactsleutel in de stand "START" en
laat de contactsleutel los wanneer de motor start.
OPGELET:
bij het starten niet langer dan 15
seconden per minuut draaien.
9. Als het koud is, laat eerst de motor warm worden
voordat u begint met grasmaaien.
Koude motor starten
1. Ga op de stoel zitten.
2. Controleer of het maaidek is ontkoppeld. Zie
maaidek inschakelen en ontkoppelen op pagina
101 .
3. Zet het maaidek in de transportstand. Zie
maaidek in de transportstand of maaistand
zetten op pagina 100 .
4. Zet de besturingshendel in de neutrale stand.
5. Zet de gashandel in de chokestand.
6. Houd het rempedaal volledig ingetrapt.
7. Steek de contactsleutel in het contact.
1947 - 005 - 19.10.2022
Het
Het
Laat de startmotor
Het
Het
8. Draai de contactsleutel in de stand "START" en
laat de contactsleutel los wanneer de motor start.
OPGELET:
bij het starten niet langer dan 15
seconden per minuut draaien.
9. Als de motor start, zet u de gashendel in de
snelle stand (D) om de motor op te warmen. Als
het koud is, duurt het enkele minuten voordat de
motor warm is.
OPGELET:
omgevingstemperatuur lager is dan
4 °C, moet u de motor 1 minuut
stationair laten draaien voordat u
het product gebruikt. Dit is om de
transmissie op te warmen. Zorg
ervoor dat de besturingshendel in
de neutraalstand staat en dat het
rempedaal volledig is losgelaten.
Motor starten als de accu zwak is
WAARSCHUWING:
Loodzuuraccu's kunnen explosieve
gassen genereren. Houd vonken, vuur
en rookproducten uit de buurt van
accu's. Draag altijd oogbescherming als
u in de buurt van accu's werkt.
Als de accu zo leeg is dat de motor niet kan worden
gestart, moet de accu worden opgeladen.
Als de startkabels worden gebruikt om de motor
in noodgevallen te starten, volg dan de volgende
procedures:
A
B
1. Sluit de uiteinden van de RODE kabel aan op de
PLUSKLEMMEN (+) van beide accu's (B-C).
OPGELET:
geen kortsluiting ontstaat tegen het
chassis van de machine.
2. Sluit één uiteinde van de ZWARTE kabel aan op
de MINKLEM (-) (D) van een volledig opgeladen
accu.
3. Sluit het andere uiteinde van de ZWARTE kabel
(A) aan op een goede chassismassa, uit de buurt
van de brandstoftank en de accu.
Laat de startmotor
Als de
C
D
Let op dat er
99