7. Open de deur. Draag altijd ovenwanten wanneer u het voedsel uit de oven haalt, het voedsel en de
oven zijn zeer heet.
De warmhoudfunctie gebruiken
Gebruik deze functie voor het warmhouden van uw voedsel.
1. Plaats het voedsel op het rooster of de bakplaat.
2. Schuif het rooster of de bakplaat in de middelste positie van de oven. Sluit de deur.
3. Draai de MODUS-knop totdat het controlelampje
De standaard temperatuur en tijd worden weergegeven.
4. Gebruik de temperatuurregelaar en de timerknop om de gewenste temperatuur en baktijd in te
stellen.
5. Druk op
om het opwarmproces te starten.
6. Wanneer de ingestelde warmhoudtijd is verstreken, hoort u pieptonen en geeft het scherm
„00:00" weer.
7. Open de deur. Draag altijd ovenwanten wanneer u het voedsel uit de oven haalt, het voedsel en de
oven zijn heet.
De draaispitfunctie gebruiken
1. Breng de bakplaat in de laagste positie van de oven aan.
Het sap of vet dat tijdens het bakproces van de draaispitvork druppelt wordt door de bakplaat
opgevangen.
2. Zet de hele kip met zijn gewicht in het midden op de vorken vast en draai de schroeven stevig aan.
Breng de eerste duimschroef op de draaispitstang aan door deze naar binnen te richten. Zet de
eerste draaispitvork vast met de meegeleverde duimschroef.
Plaats de draaispitstang over het midden van het voedsel dat u wilt bakken. Zorg ervoor dat het
voedsel zich in het midden bevindt voordat u de tweede vork op de draaispitstang aanbrengt.
Zet de tweede vork vast met de duimschroef.
3. Plaats de draaispitvork met de hele kip in de oven. Sluit de deur.
Steek het puntig uiteinde van de
draaispitvork in de aandrijving aan de
rechterkant van de oven.
verschijnt.
Plaats de draaispitvork op de steun aan de
binnenkant van de linkerzijde van de oven
zodat het vierkante uiteinde van de
draaispitvork in de inkeping van de steun past.
NL