Veilig gebruik
Gebruik het apparaat niet als elektrische snoeren of behuizing beschadigd zijn.
Voer het apparaat niet af als de stroomkabel beschadigd is. De stroomkabel kan niet worden
vervangen.
De rotor in het apparaat bevat een magneet met een krachtig magneetveld, dat pacemakers
of geïmplanteerde defibrillatoren (ICD) kan beïnvloeden. Houd tussen implantaat en magneet
een afstand van minimaal 0,2 m aan.
Het apparaat niet aan de elektrische leiding dragen of aan de leiding trekken.
Installeer de leidingen zodanig, dat deze tegen beschadigingen zijn beschermd en niemand er-
over kan struikelen.
Breng nooit technische veranderingen aan het apparaat aan.
Voer uitsluitend die werkzaamheden aan het apparaat uit die in deze gebruiksaanwijzing zijn
beschreven.
Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen en origineel toebehoren.
Beoogd gebruik
Gebruik het in deze gebruiksaanwijzing beschreven product uitsluitend op de volgende manier:
Voor het opwekken van een waterfontein in wateren en grote vijvers met of zonder visbe-
stand.
Voor de beluchting en zuurstofvoorziening van tuinvijvers.
Met in achtneming van deze technische gegevens. (→ Apparaatgegevens)
Gebruik onder naleving van de toegestane waterwaarden. (→ Toelaatbare waterwaarden)
Voor gebruik met schoon water.
De volgende inperkingen gelden voor het apparaat:
Niet gebruiken in zwemvijvers.
Nooit met andere vloeistoffen dan water gebruiken.
Nooit gebruiken zonder doorstromend water.
Niet gebruiken voor commerciële of industriële doeleinden.
Niet gebruiken in combinatie met chemicaliën, levensmiddelen, licht brandbare of explosieve
stoffen.
NL
53