2. Onderdelen van het binnenapparaat
Het apparaat wordt geleverd met de volgende onderdelen:
Onderdeelnr.
1
Isolatieleiding
2
Klemband
3
Afvoermof
3. Een plaats kiezen om het apparaat te monteren
• Kies een plaats waar de constructie sterk genoeg is om het gewicht van het appa-
raat te kunnen dragen.
• Voordat u het apparaat monteert moet u bepalen hoe u het apparaat naar de plaats
waar u het wilt monteren krijgt.
• Kies een plaats waar het apparaat geen hinder heeft van binnenkomende lucht.
• Kies een plaats waar de inkomende en uitgaande luchtstroom niet geblokkeerd wordt.
• Kies een plaats waar vandaan de koelleiding makkelijk naar buiten geleid kan worden.
• Kies een plaats waar de uitgeblazen lucht volledig door de kamer gedistribueerd
kan worden.
• Monteer het apparaat niet op een plaats met veel oliespatten of stoom.
• Monteer het apparaat niet op een plaats waar brandbare gassen zich kunnen ont-
wikkelen, naar binnen kunnen komen of kunnen blijven hangen, of waar zich gas-
lekken kunnen voordoen.
• Monteer het apparaat niet op een plaats waar zich machines bevinden die radio-
golven met een hoge frequentie ontwikkelen (zoals bijvoorbeeld een lasapparaat
met een hoge frequentie).
• Monteer het apparaat niet op een plaats waar zich een brandmelder bevindt aan
de kant waar de lucht uitgeblazen wordt. (De brandmelder kan afgaan als er hete
lucht uitgeblazen wordt als het apparaat op verwarmen staat.)
• Als de mogelijkheid bestaat dat er zich speciale chemische producten in de lucht ver-
spreiden zoals in chemische fabrieken en ziekenhuizen, dan moet er eerst een volledig
onderzoek gedaan worden voordat u het apparaat monteert. (De plastic componenten
kunnen schade oplopen afhankelijk van welk chemisch product het betreft.)
• Als het apparaat langdurig moet werken terwijl de lucht boven het plafond een hoge tem-
peratuur/vochtigheidsgraad heeft (condensatiepunt boven 26 ºC), kan er vocht uit de lucht
in het binnenapparaat condenseren. Als de apparaten toch onder dergelijke omstandighe-
den moeten werken, dient u een laag isolatiemateriaal (10 – 20 mm dik) aan te brengen
over het gehele oppervlak van het binnenapparaat, om condensatie tegen te gaan.
3.1. Monteer het binnenapparaat aan een plafond dat
sterk genoeg is om het gewicht van het apparaat
te kunnen dragen
Waarschuwing:
Het apparaat moet veilig worden geïnstalleerd op een structuur die het gewicht
van het apparaat kan dragen. Als het apparaat op een structuur wordt geïnstal-
leerd die niet sterk genoeg is, kan het vallen en verwondingen veroorzaken.
4. De ophangbouten vastzetten
4.1. De ophangbouten vastzetten
[Fig. 4.1.1] (P.3)
A Zwaartepunt
(Zorg ervoor dat de plek waar u het apparaat bevestigt een sterke structuur heeft.)
Zwaartepunt en gewicht product
Modelnaam
PEFY-P20VMA(L)-E2
PEFY-P25VMA(L)-E2
PEFY-P32VMA(L)-E2
PEFY-P40VMA(L)-E2
PEFY-P50VMA(L)-E2
PEFY-P63VMA(L)-E2
PEFY-P71VMA(L)-E2
PEFY-P80VMA(L)-E2
PEFY-P100VMA(L)-E2
PEFY-P125VMA(L)-E2
PEFY-P140VMA(L)-E2
De waarden tussen haakjes hebben betrekking op het type PEFY-P·VMAL-E2.
5. Het apparaat monteren
5.1. Het apparaat ophangen
Breng het binnenapparaat naar de plaats van montage voordat u het uit-
pakt.
Om het binnenapparaat op te hangen moet u het apparaat ophijsen met een
hefwerktuig en het ophangen door het door de ophangbouten te voeren.
Accessoires
W
643
643
643
643
643
643
643
643
643
643
643
Hoev
Onderdeelnr.
1
4
Ring
3
5
Installatiehandleiding
1
6
Bedieningshandleiding
3.2. Montage- en onderhoudsruimte vrijlaten
Voorzie genoeg ruimte om toegang te hebben voor onderhoud, inspectie en vervan-
ging van de motor, ventilator, afvoerpomp, warmtewisselaar en elektrische doos op
een van de volgende manieren.
Kies een standplaats voor het binnenapparaat zodat de toegangsruimte voor het
onderhoud niet wordt belemmerd door balken of andere voorwerpen.
(1) Wanneer een ruimte van 300 mm of meer beschikbaar is onder het apparaat tus-
sen het apparaat en het plafond (Fig. 3.2.1)
• Maak toegangsdeur 1 en 2 (450 × 450 mm elk) zoals getoond in Fig. 3.2.2.
(Toegangsdeur 2 is niet nodig als er voldoende ruimte beschikbaar is onder het
apparaat zodat arbeiders de onderhoidswerken kunnen uitvoeren.)
(2) Wanneer er een ruimte van minder dan 300 mm beschikbaar is onder de eenheid
tussen het apparaat en het plafond (onder het apparaat moet minstens 20 mm
ruimte worden gelaten, zoals getoond in Fig. 3.2.3.)
• Maak toegangsdeur 1 diagonaal onder de elektrische doos en toegangsdeur 3
onder het apparaat, zoals getoond in Fig. 3.2.4.
of
• Maak toegangsdeur 4 onder de elektrische doos en het apparaat, zoals
getoond in Fig. 3.2.5.
[Fig. 3.2.1] (P.2)
[Fig. 3.2.2] (Gezien vanuit de richting van de pijl A) (P.2)
[Fig. 3.2.3] (P.2)
[Fig. 3.2.4] (Gezien vanuit de richting van de pijl B) (P.2)
[Fig. 3.2.5] (Gezien vanuit de richting van de pijl B) (P.2)
A Elektrische doos
C Plafondbalk
E Toegangsdeur 1 (450 mm x 450 mm)
G Luchttoevoer
I Onderkant van binnenapparaat
K Toegangsdeur 4
3.3. De binnenapparaten met buitenapparaten combineren
Wij verwijzen voor het combineren van binnenapparaten met buitenapparaten naar
de installatie-instructies van het buitenapparaat.
Ophangconstructie
• Plafond: De plafondconstructie varieert van het ene gebouw tot het andere. Voor
gedetailleerde informatie moet u contact opnemen met uw aannemersbedrijf.
• Indien nodig kunt u naast de ophangbouten nog een stel steunbalken aanbrengen,
ter beveiliging tegen aardbevingen e.d.
* Gebruik M10 ophangbouten, ook voor de anti-aardbevingssteunbalken (zelf aan
te schaffen).
L
X
Y
754
330
300
754
330
300
754
330
300
954
340
375
954
340
375
1154
325
525
1154
325
525
1154
325
525
1454
330
675
1454
330
675
1654
332
725
[Fig. 5.1.1] (P.3)
A Apparaat
B Hefwerktuig
[Fig. 5.1.2] (P.3)
C Moeren (zelf aan te schaffen)
D Ringen (zelf aan te schaffen)
E M10 ophangbout (zelf aan te schaffen)
Accessoires
B Plafond
D Toegangsdeur 2 (450 mm × 450 mm)
F Toegangsruimte voor onderhoud
H Luchtinlaat
J Toegangsdeur 3
Z
Gewicht product (kg)
130
22 (21)
130
22 (21)
130
22 (21)
130
26 (25)
130
26 (25)
130
31 (30)
130
31 (30)
130
31 (30)
130
39 (38)
130
39 (38)
130
43 (42)
Hoev
8
1
1
49