LET OP
○ Gebruik de machine niet op een werkbank of tafel waar
metaaldeeltjes zijn.
Het metaal kan aan de machine vastkleven, met
verwondingen of storingen tot gevolg.
○ Kleven er metaaldeeltjes aan de machine, raak hem dan
niet aan.
Verwijder de deeltjes mt een borstel.
Een verkeerde werkwjize kan tot verwondingen leiden.
○ Hebt u een pacemaker of ander elektronisch medisch
apparaat, gebruik de machine dan niet, kom ook niet in
de buurt.
U zou de werking van het elektronische apparaat kunnen
beïnvloeden.
○ Gebruik
de
machine
precisieapparaten zoals mobiele telefoons, magnetische
kaarten en elektronische geheugen.
Het zou tot storingen en verlies van gegevens kunnen
leiden.
LET OP
1. Schakel de nylon kop niet in voor het snijden van ander
materiaal dan gras. Gebruik het gereedschap niet in
waterplassen en zorg ervoor dat aarde niet aanraking
komt met de nylon kop.
2. Het
gereedschap
bevat
niet laten vallen, of aan het sterke schokken of water
blootstellen.
Het gereedschap kan beschadigd of defect raken.
3. Wanneer het gereedschap na gebruik wordt opgeborgen
of vervoerd, de nylon kop verwijderen.
4. Stel
het
gereedschap
insectenverdelgingsmiddelen en andere chemicaliën.
Dergelijke chemicaliën kunnen barsten en andere
beschadiging veroorzaken.
5. Vervang waarschuwingslabels door nieuwe labels
wanneer deze moeilijk herkenbaar of onleesbaar
worden en wanneer deze beginnen af te bladderen.
Vraag uw dealer om nieuwe waarschuwingslabels.
6. Raak de motor niet direct na gebruik aan. Hij kan zeer
heet zijn.
VOORZORGSMAATREGELEN VOOR
DE ACCU EN DE LADER
(los verkrijgbaar)
1. Laad de accu op bij een omgevingstemperatuur van
-10–40°C. Een tempreatuur van minder dan -10°C zal
overlading veroorzaken, hetgeen gevaarlijk is. De accu
kan niet worden opgeladen bij een temperatuur van
boven de 40°C.
De meest geschikte temperatuur voor het opladen is
20–25°C.
2. Gebruik de acculader niet continu.
Wacht ongeveer 15 minuten nadat u een accu hebt
opgeladen voordat u begint met het opladen van een
andere accu.
3. Voorkom dat stof of vuil in de aansluitopening van de
accu terecht komt.
4. Demonteer de accu of acculader niet.
5. Voorkom kortsluiting van de accu.
Kortsluiten van de accu zal resulteren in een grote stroom
en oververhitting. Dit zal resulteren in brandwonden en
schade aan de accu.
6. Gooi de accu niet in het vuur.
Een brandende accu kan ontploff en.
7. Gebruiken van een accu die het eind van zijn levensduur
heeft bereikt zal de acculader beschadigen.
8. Breng de accu naar de winkel waar deze gekocht werd,
nadat deze na opladen onvoldoende kracht heeft voor
praktisch gebruik. Gooi een accu die het eind van zijn
levensduur heeft bereikt niet zomaar weg.
niet
in
de
buurt
van
precisieonderdelen,
dus
niet
bloot
aan
9. Steek nooit voorwerpen in de ventilatie-openingen van
de acculader.
Als er voorwerpen of ontvlambaar materiaal in de
ventilatie-openingen van de acculader wordt gestoken,
kan dit resulteren in een elektrische schok of schade aan
de acculader.
OPMERKINGEN BIJ GEBRUIK
LITHIUM-ION BATTERIJ
De
lithium-ion
batterij
beschermingsfunctie die volledige ontlading van de batterij
voorkomt waardoor de levensduur wordt verlengd.
In geval 1 tot 3 hieronder kan de motor tijdens het gebruik
van het product tot stilstand komen, zelfs wanneer u de
schakelaar ingedrukt houdt. Dit geeft geen probleem
met het product aan maar wordt veroorzaakt door de
beschermingsfunctie.
1. De motor komt tot stilstand wanneer de batterij leeg is.
De batterij moet in dit geval onmiddellijk opgeladen
worden.
2. De motor kan tot stilstand komen wanneer het
gereedschap overbelast is. Laat de schakelaar
onmiddellijk los en zoek naar de oorzaak van de
overbelasting. Wanneer u het probleem verholpen heeft
kunt u het gereedschap opnieuw gebruiken.
3. Wanneer de batterij oververhit is door overbelasting, kan
het zijn dat de batterij stopt. In dit geval gebruikt u de
batterij niet verder en laat u ze afkoelen. Daarna kunt u
haar opnieuw gebruiken.
Gelieve eveneens aandacht te schenken aan volgende
waarschuwing en aandachtspunt.
WAARSCHUWING
Om acculekken, het opwekken van warmte, rookemissie,
explosie en ontsteking bijtijds te vermijden, moet u ervoor
zorgen volgende voorzorgsmaatregelen onder de aandacht
te brengen.
1. Zorg ervoor dat er geen spaanders en stof op de batterij
ophopen.
○ Zorg er tijdens de werkzaamheden voor dat er geen
spaanders en stof op de batterij kunnen vallen.
○ Zorg ervoor dat de spaanders en stof die tijdens het
werk op het elektrisch gereedschap vallen zich niet op
de batterij ophopen.
○ Bewaar een ongebruikte batterij niet op een plaats waar
het aan spaanders en stof wordt blootgesteld.
○ Verwijder alle spaanders en stof van een batterij voordat
u hem opbergt en bewaar de batterij niet op dezelfde
plek als metalen onderdelen (schroeven, spijkers, enz.).
2. Doorboor de batterij niet met een scherp voorwerp, zoals
een nagel, klop er niet op met een hamer, stap niet op
de batterij of gooi er niet mee of stel hem niet bloot aan
ernstige fysieke schokken.
3. Gebruik geen zichtbare beschadigde of vervormde accu.
4. Gebruik de batterij niet met een omgekeerde polariteit.
5. Sluit hem niet rechtstreeks aan op elektrische toestellen
of fi ttingen van sigarettenaanstekers in wagens.
6. Gebruik de batterij niet voor andere doeleinden dan
deze die gespecifi ceerd werden.
7. Wanneer de batterij niet kan worden opgeladen, zelfs
nadat de specifi eke oplaadtijd verstreken is, stopt u
onmiddellijk met het opladen.
8. Breng de batterij niet op hoge temperaturen of drukken
of stel ze er niet aan bloot, zoals in een microgolfoven,
droger of een hogedrukcontainer.
9. Blijf uit de buurt van vuur onmiddellijk nadat een lek of
vieze geur werd vastgesteld.
10. Gebruik hem niet in een plaats waar een grote statische
elektriciteit wordt opgewekt.
65
Nederlands
is
voorzien
van
een