Télécharger Imprimer la page

Niko 410-004X0 Mode D'emploi page 2

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

410-004X0
3.3. De minimale lichtsterkte instellen
Om het optimale bereik van elke lamp te benutten en te vermijden dat je een lamp volledig kan uitdimmen, kun
je het minimumdimniveau bijregelen met de knop MIN DIM LEVEL (4).
Deze knop werkt zoals een drukknopdimmer:
• lang drukken dimt de lamp op of neer
• loslaten en opnieuw drukken keert de dimrichting om.
Je stelt het minimumdimniveau als volgt in:
STAP 1
STAP 2
ACTIE
CONTROLE
Brandt op
minimumniveau
Brandt nog
Dimmen tot
te fel
MINIMUMNIVEAU
Brandt niet
MIN
MAX
of flikkert
OF
Indien je het dimgedrag bij lage lichtintensiteit niet goed ingesteld krijgt, probeer dan een dimprofiel met
boostfunctie (LED 3, LED 7 of LED 8).
3.4. Geheugenfunctie in- of uitschakelen
Ga als volgt te werk om de geheugenfunctie te activeren:
1. Dim op tot de maximumlichtstand.
2. Houd de bedieningstoets (5) 10 s. ingedrukt.
3. Na 10 sec. dimt het licht van 100 % naar een lagere lichtstand om aan te duiden dat de geheugenfunctie
ingeschakeld is.
4. Laat de bedieningstoets (5) onmiddellijk los.
Herhaal de procedure om de geheugenfunctie weer uit te schakelen.
3.5. Draadloze bedieningen toevoegen
Je kunt de slimme dimmer uitbreiden met draadloze drukknoppen volgens het Easywave protocol (max. 32). Je
kan een draadloze bediening in drie verschillende modes aanleren (zie tabel).
Je gaat hiervoor als volgt te werk:
STAP 1: schakel de verlichting aan.
STAP 2: druk de verzonken programmeerknop (6) kort in (< 1,6 s.) om tussen de verschillende modes
te schakelen.
Het knipperen van de programmeerled (1) naast de programmeerknop geeft aan welke mode je gekozen hebt.
Mode
Functie
M1*
Boven aan / onder uit
M2
Aan/uit op 1 toets
M3
Sfeer/preset (zie § 3.7)
UIT
Normale werking - uit programmeermodus
* In combinatie met de gateway moet steeds M1 gebruikt worden.
STAP 3: bedien een voor een de zenders die moeten samenwerken met de ontvanger. De bevestiging van
een goed ontvangen adres wordt gegeven door een lange verlichtingstijd van de programmeerled (1) 4 s.
2
NL
nv Niko sa Industriepark West 40, BE-9100 Sint-Niklaas, Belgium — tel. +32 3 778 90 00 — fax +32 3 777 71 20 — e-mail: support@niko.eu — www.niko.eu
STAP 3
STAP 4
CONCLUSIE
ACTIE
Minimum
/
dimniveau
OK
Minimum
X
dimniveau
Verlaag het minimum-
te hoog
dimniveau met de
knop MIN DIM LEVEL
(4). Dim neer tot net
voor de lamp uitgaat
of begint te knipperen.
Minimum
X
dimniveau
Verhoog het mini-
te laag
mumdimniveau met
de knop MIN DIM
LEVEL (4). Dim op
tot de lamp zachtjes
brandt of stopt met
knipperen.
Werkingstijd
Lichtsignaal bij programmering
Oneindig
Oneindig
Oneindig
Oneindig
STAP 4: verlaat de programmering door een aantal keer kort op de programmeerknop te drukken (< 1,6 s.)
tot je uit de programmeermode bent en de programmeerled (1) niet meer knippert.
STAP 5
CONTROLE
3.6. Een extra draadloze dimontvanger aansturen
Je kunt de slimme dimmer uitbreiden met andere dimontvangers volgens het Easywave protocol. Je gaat
hiervoor als volgt te werk:
STAP 1: plaats de dimontvanger die je wenst te koppelen in programmeermode 1 (tweeknopsbediening:
boven aan/onder uit).
STAP 2: druk op de bedieningstoets (8) van de slimme dimmer om deze te koppelen aan de ontvanger.
STAP 3: bevestig de programmering op de ontvanger.
3.7. Sfeer/preset
Wanneer je aan de slimme dimmer (of aan een andere compatibele ontvanger) een draadloze schakelaar koppelt
in mode 3, zal een toets van deze laatste werken als en sfeer- of presetbediening. Op die manier kan je op een
eenvoudige manier een sfeer of alles-uitfunctie toevoegen aan je installatie.
Nadat je een draadloze bediening koppelde aan de slimme dimmer in mode 3 (zie § 3.5), kan je een sfeer
Test: schakel
bewaren en nadien weer oproepen.
de lamp uit en
terug aan
De sfeer bewaren
STAP 1: plaats de in sfeer/preset gekoppelde ontvanger(s) (mode 3 voor de slimme schakelaars en dimmers)
in de gewenste toestand voor de sfeer (of schakel ze allemaal uit als je een alles-uitfunctie wil bewaren).
STAP 2: druk nu 3 seconden op de toets waarmee je de ingestelde sfeer wil kunnen oproepen. Nu wordt
de sfeer opgeslagen en gekoppeld aan de bediende zenders.
De sfeer oproepen
- Druk kort op een van de draadloze schakelaars waarmee je de sfeer bewaarde, om de sfeer op te roepen.
3.8. Gedrag van de feedbackled (5) programmeren
De feedbackled (5) kan op vier verschillende manieren werken:
1. als bevestigingsled: de led licht op wanneer de verlichting aan is (standaardinstelling)
2. als orientatieled: de led licht op wanneer de verlichting uit is
3. led uit: de led zal nooit oplichten
4. led aan: de led zal altijd oplichten.
Je kan de werking van de feedbackled op elk moment aanpassen. Je gaat hiervoor als volgt te werk:
STAP 1: schakel de verlichting aan.
STAP 2: druk gedurende 10 seconden op de programmeerknop (6) van de slimme dimmer om in het
volgende gedrag terecht te komen.
De led (1) knippert 3x kort ter bevestiging. Het gedrag van de feedbackled (5) is nu gewijzigd. Herhaal
deze stappen tot de feedbackled het gewenste gedrag bereikt heeft.
3.9. Selectief één of meerdere draadloze bedieningen uit het geheugen wissen
STAP 1: schakel de verlichting uit.
STAP 2: druk lang (> 1,6 s.) op de programmeerknop (6) van de slimme dimmer.
De programmeerled (1) begint snel te knipperen
STAP 3: druk op de bedieningstoets van de draadloze bediening die je wenst te wissen.
De draadloze bediening wordt uit het geheugen van de slimme dimmer gewist.
De programmeerled (1) licht 4 s.op ter bevestiging
Indien je meerdere bedieningen wenst te wissen, druk je op de bedieningstoets van de draadloze bediening(en)
die je uit het geheugen wil wissen
STAP 4: verlaat de programmeermode door de programmeerknop (6) van de slimme dimmer kort (< 1,6 s.)
in te drukken.
De programmeerled (1) stopt met knipperen
PM410-004X0R20363

Publicité

loading

Ce manuel est également adapté pour:

410-0040 serie