Technische gegevens
Vermogen
Toerental
(onbelast toerental)
Schuine stand
Zaagdiepte bij 0°
Zaagdiepte bij 45°
Afmetingen zaagblad
Gewicht machine
Beschermingsklasse
De aangegeven afbeeldingen staan aan het
begin van de gebruiksaanwijzing.
1
Reglementair gebruik
Conform de bepalingen zijn de machines bes-
temd voor het zagen van hout, op hout geli-
jkende materialen, gips- en cementge-bonden
vezelstoffen en kunststoffen. Met de door
Festool aangeboden speciale zaagbladen voor
aluminium kunnen de machines ook voor het
zagen van aluminium worden gebruikt.
Er mogen alleen zaagbladen met de volgende
eigenschappen worden gebruikt: diameter
zaagblad 210 mm; zaagbreedte 2,4 mm tot
2,6 mm; uitboring 30 mm; stambladdikte max.
1,8 mm; geschikt voor een toerental van ma-
ximaal 5000 min
-1
.
Geen slijpschijven gebruiken.
Voor schade en ongevallen ten gevolge
van niet-reglementair gebruik is uitslu-
itend de gebruiker aansprakelijk!
2
Veiligheidsinstructies
2.1
Algemene veiligheidsvoorschrif-
ten
Lees voor het gebruik van de machine
de bijgevoegde veiligheidsvoorschriften
en de handleiding zorgvuldig en volledig
door.
Bewaar zorgvuldig alle bijgevoegde documen-
ten en geef de machine alleen samen met deze
documenten door.
2.2
Machinespecifieke veiligheids-
instructies
GEVAAR
a) Kom met uw handen niet in het zaagbereik
en raak het zaagblad niet aan. Houd met
uw tweede hand de extra greep of de mo-
torbehuizing vast. Wanneer u de cirkelzaag
vasthoudt met beide handen, kunnen ze niet
gewond raken door het zaagblad.
b) Kom niet met uw handen onder het werkstuk.
De beschermkap kan u onder het werkstuk
niet beschermen tegen het zaagblad.
c) Pas de zaagdiepte aan de dikte van het
werkstuk aan. Er mag minder dan een volle-
dige tandhoogte zichtbaar zijn onder het
werkstuk.
d) Houd het werkstuk dat gezaagd moet wor-
den nooit met de hand of boven uw been
TS 75 EBQ
1600 W
-1
1350 - 3550 min
0° - 47°
0 – 75 mm
0 – 56 mm
210x2,4x30 mm
6,2 kg
/II
29
vast. Zet het werkstuk vast op een stabiele
ondergrond.Het is belangrijk het werkstuk
goed te bevestigen, om het gevaar van lic-
haamscontact, beklemming van het zaagblad
of controleverlies tot een minimum terug te
brengen.
e) Houd het apparaat alleen aan de geïsoleerde
greepvlakken vast wanneer u werkzaam-
heden uitvoert waarbij het snijgereedschap
verborgen stroomleidingen of de kabel van
het apparaat zelf kan raken. Contact met
een spanningvoerende leiding zet de metalen
onderdelen van het apparaat onder spanning
en veroorzaakt een elektrische schok.
f) Gebruik bij het in de lengte snijden altijd een
aanslag of een geleiderail. Hierdoor wordt de
snijnauwkeurigheid verbeterd en de kans op
beklemming van het zaagblad verminderd.
g) Gebruik altijd zaagbladen met de juiste
grootte, die geschikt zijn voor de vorm van
de opnamefl ens (ruitvormig of rond). Zaag-
bladen die niet bij de montagedelen van de
zaag passen, lopen onregelmatig en leiden
tot controleverlies.
h) Gebruik nooit beschadigde of verkeerde
zaagblad-spanflenzen of -schroeven. De
zaagblad-spanfl enzen en -schroeven zijn
speciaal voor uw zaag ontworpen, voor op-
timale prestaties en gebruiksveiligheid.
i) Draag een passende persoonlijke veiligheids-
uitrusting:
g e h o o r b e s c h e r m i n g , v e i-
lig-heidsbril, stofmasker bij
werkzaamheden waarbij stof
vrijkomt en veiligheidshand-
schoenen bij het bewerken van
ruwe materialen en het wisse-
len van gereedschap.
De oorzaken van een terugslag en het
voorkomen hiervan
- een terugslag is de onverwachte reactie van
een hakend, klemmend of verkeerd uitgericht
zaagblad, die tot gevolg heeft dat de zaag zich
ongecontroleerd van het werkstuk af en in de
richting van de gebruiker kan bewegen.
- wanneer het zaagblad zich in de sluitende
zaagspleet vasthaakt of klem komt te zitten,
raakt het geblokkeerd en wordt het apparaat
door de kracht van de motor in de richting
van de gebruiker teruggeslagen.
- wordt het zaagblad in de zaagsnede verdraaid
of verkeerd uitgericht, dan kunnen de tanden
van het achterste zaagbladgebied zich vast-
haken in het oppervlak van het werkstuk,
waardoor het zaagblad uit de zaagspleet en
terug in de richting van de gebruiker.
Een terugslag is het gevolg van een onjuist of
verkeerd gebruik van de zaag. Dit kan worden
voorkomen door de juiste voorzorgsmaat-rege-
len te nemen, zoals hierna beschreven.
a) Houd de zaag met beide handen vast en
breng uw armen in zo'n positie dat u de te-
rugslagkrachten kunt weerstaan. Blijf altijd