6. Leid het uiteinde van de kabelbundel met de blauw/groene en grijs/blauwe leidingen naar het linker achterlicht.
a) Trek het 4-voudige aansluitblok dat zich aan de kant van het voertuig bevindt uit het linker achterlicht en verbind
het met de overeenstemmende aansluiting van de kabelbundel.
b) Leg de resterende aansluitblokken van de kabelbundel tegen het linker achterlicht.
7. Leid het overige uiteinde van de kabelbundel met het 4-voudige stekkerblok naar het rechter achterlicht.
a) Trek het 4-voudig e aansl uitblok dat zi ch aan de kant van het
verbind het met de overeenstemmende aansluiting van de kabelbundel.
b) Leg de resterende aansluitblokken van de kabelbundel tegen het rechter achterlicht.
c) Sluit
de bruine kabels a an op het correspon derende massapunt (beve stig indie n no odzakelijk a an het
massapunt aan de kant van het voertuig of gebruik een plaatschroef).
8. Montage van de aanhangermodule
Bevestig de aanhangermodule op een geschikte plaats met M6-schroeven en -moeren. Sluit het 15-voudige
aansluitblok aan op de module.
9. Leid de rode kabel naar het zekeringblok. Sluit de rode aansluitkabel aan op klem 30 van het zekeringblok en verbind
beide kabeluiteinden met de zekeringsbasis. Denk eraan dat hierbij een 12-Volts gelijkstroom optreedt.
10. Het aanbrengen van de wit/groene en witte aansluitkabels van de hoofdleiding van de databus
a) Deze leiding moet worden aangebracht in voertuigen die zijn geproduceerd tot 09.97. Sluit de enkelvoudige
aansluitkoppeling van de witte leiding aan op de aan de kant van het voertuig gelegen enkelvoudige
aansluitkoppeling aan de linkerkant van de bagageruimte.
In voertuigen die zijn geproduceerd vóór 09.97 is de wit/groene aansluitkabel al aanwezig. Maak de
kabel los en isoleer hem.
b) In voertuigen die zijn geproduceerd vanaf 09.97 moet de wit/groene aansluitkabel aangevoerd worden.
Verwijder het scherm onder de bergruimte van het dashboard. Verwijder het rechterscherm bij de ingang en het
scherm van staander A in de voetenruimte aan de passagierskant. Leg de groen/witte kabel langs de zich aan
de rechtkant van het voertuig bevindende kabelbundel, in de voetenruimte aan de passagierskant. Bij staander
A bevindt zich de verlichtingsmodule; verwijder de middelste stekker (54) en maak de blokkade los. Steek de
groen/witte kabel in de lege opening nr. 35. Stekker (54) opnieuw monteren en in de verlichtingsmodule steken.
In voertuigen die zijn geproduceerd vanaf 09.97 wordt de witte kabel van de kabelbundel met het
enkelvoudige aansluitblok niet gebruikt.
De beschadiging van een knipperlicht van de aanhangwagen wordt door een hogere frequentie van het
Alle leidingen monteren met de bijgevoegde klembanden, eerder gedemonteerde onderdelen weer aanbrengen.
De accu aansluiten en alle functies van het voertuig controleren met aangekoppelde aanhanger of geschikt
Opmerking omtrent knipperlicht van de aanhangwagen:
knipperenvan controlelampje in het voertuig aangegeven!!
testapparaat.
Montage-instructie is voor de klant bestemd!!!
voertuig bev indt uit het rechter a chterlicht en