BIJZONDERE
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
§ Neem de batterij uit de machine
tijdens onderhoud en als de machine
langere tijd niet
wordt gebruikt.
§ Gebruik uitsluitend het
voorgeschreven type batterij.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
VOOR LADER EN BATTERIJ
Bestudeer de instructies en
veiligheidsvoorschriften alvorens de
batterij te laden.
Gebruik uitsluitend de
voorgeschreven lader
Om de batterij te laden. Laad geen
batterijen
van een ander type met deze lader.
Voedingsadapters mogen uitsluitend
worden gebruikt samen met de
sokkel van de lader en
de bijbehorende batterij.
Gebruik de lader uitsluitend in een
droge omgeving bij een
temperatuur tussen10 °C en
40°C.
Gebruik de lader niet als deze is
beschadigd.
Laat de lader en batterij uitsluitend
repareren door een erkend reparateur.
Vermijd kortsluiting van de batterij.
Zorg ervoor dat de aansluitingen
van de batterij niet
in aanraking kunnen komen met
metalen voorwerpen.
Bewaar de batterij niet op plaatsen
waar de temperatuur boven de 50
°C kan stijgen,b.v. in
een in de zon geparkeerde auto.
Verbrand de batterij niet.
Probeer nooit om de batterij te
openen.
Mocht de batterijvloeistof (een
oplossing
Lader
Dit apparaat kan gebruikt worden
door oudere kinderen minstens 8
jaar en mensen met een
lichamelijke, zintuiglijke of
verstandelijke vermogens of zonder
ervaring of kennis, ze (als ze) goed
worden gecontroleerd (e) s of
instructies voor het gebruik van de
machine veilig aan hen gegeven en
als de risico's die werden
aangehouden.
Kinderen mogen niet met het
apparaat spelen. Reiniging en
onderhoud door de gebruiker mag
niet worden uitgevoerd door
kinderen zonder toezicht.
Bescherm de batterijlader tegen
regen en vochtigheid. De doordringing
van water in een batterijlader verhoogt
het risico van elektrische schok.
Herlaad alleen met behulp van de
door de fabrikant aangegeven lader.
Een lader is geschikt voor een
specifiek type batterij, zijn gebruik met
een andere batterij kan een brandrisico
inhouden.
Laad geen andere batterijen op. De
batterijlader is voorbehouden aan het
opladen van onze batterijen binnen het
aangegeven spanningsbereik. Als
deze op een andere wijze wordt
gebruikt, bestaat er een risico van
brand of ontploffing.
Houd de batterijlader schoon. De
verontreiniging kan een elektrische
schok veroorzaken.
Controleer de batterijlader, de kabel
en de stekker voor elk gebruik. Gebruik
de batterijlader niet als deze gebreken
vertoont. Open de batterijlader niet zelf
en laat deze alleen herstellen door
bekwaam personeel dat originele
wisselstukken gebruikt. Beschadigde
batterijladers, kabels en stekkers
verhogen het risico van elektrische
schok.
Gebruik de batterijlader niet op
gemakkelijk ontvlambare oppervlakken
(bijvoorbeeld papier, textiel enz.) of in
37