Ingebruikname
•
Controleer of het apparaat niet beschadigd is. Neem in geval van beschadiging onmiddellijk
contact op met uw leverancier en gebruik het apparaat NIET.
•
Verwijder al het verpakkingsmateriaal en de eventueel aanwezige beschermfolie.
•
Reinig het apparaat met handwarm water en een zachte doek.
•
Plaats het apparaat waterpas op een stabiele ondergrond, tenzij anders aangegeven.
•
Zorg ervoor dat, bij toestellen met ventilatiesleuven, er rondom het apparaat genoeg ruimte vrij
blijft voor de afvoer van warmte.
•
Plaats het apparaat zo dat de stekker te allen tijde bereikbaar is.
Gebruik
• Vul de bak met voldoende water. Lege inzetbakken moeten net drijven.
• Waterniveau: wanneer de voedselpan begint te drijven is dit een indicatie van te veel water. Als
er koud water wordt gebruikt dient u er rekening mee te houden dat u tenminste 25 minuten voor
gebruik de pan aanzet, indien u warm/heet water gebruikt zal dit een snellere opwarmtijd geven.
• Bevestig de stroomkabel aan het apparaat.
• Druk de aan-/uitschakelaar aan om de stroom aan te zetten.
• Draai de thermostaatknop naar de gewenste stand (tot 85
• Thermostaat en indicatielamp - Wanneer de thermostaat volledig met de klok mee wordt
gedraaid, is de temperatuur op de maximumstand. Op de maximumstand zal het water in de
waterpan tot circa 85
ontsnappen aan de randen van de voedselpan.
• Wanneer het apparaat het water aan het opwarmen is, zal de groene indicatielamp branden.
• Oververhitting van het water is beschermd door een veiligheidsthermostaat die uitschakelt bij
140°C. Als de maximaalbeveiliging is aangesproken zal de rode indicatielamp branden.
• Zodra het water de ingestelde temperatuur heeft bereikt, zullen de stroom- en indicatielamp
automatisch worden uitgeschakeld. Mocht de temperatuur vervolgens 10
temperatuur zakken, dan zullen de stroom- en indicatielamp automatisch weer worden
ingeschakeld. Als een lagere temperatuur gewenst is, dient u de thermostaatknop bij te stellen
naar beneden. De thermostaat zal de temperatuur aanhouden die wordt ingesteld met een
nauwkeurigheid van ±10
Belangrijk
• Zorg altijd voor voldoende water in de bak! Controleer dit regelmatig ook tijdens gebruik.
• Let op: dit apparaat genereert hitte en laat stoom ontsnappen tijdens het gebruik. Neem
voorzorgsmaatregelen om het risico op brandwonden, brand of ander letsel te voorkomen.
Reiniging en onderhoud
•
Trek voordat u het apparaat schoonmaakt altijd eerst de stekker uit het stopcontact .
•
Let op: Nooit het apparaat in water of een andere vloeistof onderdompelen!
•
De buitenkant maakt u schoon met een vochtig doekje (water met mild reinigingsmiddel).
•
Gebruik nooit agressieve schoonmaakmiddelen of schuurmiddelen. Geen scherpe en puntige
voorwerpen gebruiken. Geen benzine of oplosmiddelen gebruiken! Schoonmaken met een
vochtige doek en eventueel afwasmiddel. Geen schurende materialen gebruiken.
•
Reinig de eventueel aanwezige ventilatieopeningen met de stofzuiger.
•
Reinig dit apparaat niet als het nog warm/heet is.
•
Bij intensief gebruik regelmatig kalkaanslag van de bodem van de waterbak verwijderen.
°
o
C (± 10
C) worden verwarmd. Op dit punt kan er wat stoom zichtbaar
o
C.
°
C instelbaar).
o
C onder de originele