Veiligheidsinstructies
Inbouw en montage van elektrische apparatuur
mogen alleen door een installateur worden uit-
gevoerd conform de geldende installatienor-
men, richtlijnen, bepalingen, veiligheids- en on-
gevallenpreventievoorschriften van het betref-
fende land.
Bij het niet naleven van de installatie-instruc-
ties kunnen schade aan het apparaat, brand of
andere gevaren optreden.
Gevaar voor elektrische schok. Voor de werk-
zaamheden aan het apparaat of de last loskop-
pelen. Houd daarbij rekening met alle installa-
tie-automaten, die gevaarlijke spanningen aan
apparaat of belasting leveren.
Gevaar voor elektrische schok. Het apparaat is
niet geschikt voor loskoppelen van belastingen
van de netspanning.
Gevaar voor elektrische schokken aan de
SELV- of PELV-installatie. Niet geschikt voor
schakelen van SELV/PELV-spanningen.
Slechts één motor per uitgang aansluiten. Bij
aansluiting van meerdere motoren kunnen mo-
toren of apparaat beschadigd raken.
Gebruik alleen aandrijvingen met mechanische
of elektronische eindschakelaars. Controleer
de eindschakelaar op correcte instelling. Houd
de specificaties van de motorfabrikant aan. Het
apparaat kan beschadigd raken.
Sluit geen draaistroommotoren aan. Het appa-
raat kan beschadigd raken.
Houd de instructies van de motorfabrikant aan
voor wat betreft de omschakeltijd en de maxi-
male inschakelduur (ID).
Deze handleiding maakt deel uit van het pro-
duct en dient in het bezit van de eindgebruiker
te blijven.
Opbouw van het apparaat
(7)
(8)
N
L
1
3
5
7
C1
C2
C3
C4
C1
C1
C3
C3
auto
(1)
C2
C2
C4
C4
(4)
C1
C2
C3
C4
30V DC
-
+
2
4
6
8
(2)
(3)
Afb. 1: voorbeeld apparaatvariant 8-/4-voudig
(1) Schuifschakelaar auto/
(2) KNX busaansluitklem
(3) Aansluitingen belastingen
(4) Tekstveld
(5) Verlichte programmeertoets
(6) Bedieningstoets voor handmatige modus per
uitgang met status-LED
(7) Aansluitingen schakelspanning
(8) Aansluiting netvoeding (alleen 8-voudig)
Bij de varianten 4-/2-voudig, 6-/3-voudig en
P
10-/5-voudig komt de opbouw van het ap-
paraat in principe overeen met die van variant
8-/4-voudg.
4
Functie
i
Systeeminformatie
Dit apparaat is een product van het KNX-systeem
en voldoet aan de KNX-richtlijnen. Gedegen vak-
kennis door KNX-opleidingen wordt als voorwaar-
de gesteld. Planning, installatie en inbedrijfstelling
van het apparaat worden uitgevoerd met behulp
van KNX-gecertificeerde software.
Systemlink Inbedrijfstelling:
De werking van het apparaat is afhankelijk van de
software. De software is te vinden in de product-
database. Productdatabase, technische beschrij-
vingen en conversie- en andere hulpprogramma's
vindt u altijd actueel op onze internetpagina.
Easylink Inbedrijfstelling:
De functie van het apparaat is afhankelijk van de
configuratie. De configuratie kan ook met behulp
van speciaal voor de eenvoudige instelling en
inbedrijfstelling ontwikkelde apparaten worden
uitgevoerd.
Dit type configuratie is alleen met apparaten uit het
easylink-systeem mogelijk. Easylink staat voor een
eenvoudige, visueel ondersteunde inbedrijfstelling.
Hierbij worden voorgeconfigureerde standaard-
functies met behulp van een servicemodule aan
de in-/uitgangen toegekend.
Functiebeschrijving
Het apparaat ontvangt telegrammen van sensoren
of andere besturingen via de KNX-installatiebus en
schakelt met de onderling onafhankelijke relaiscon-
tacten elektrische verbruikers.
Juiste toepassing
- Schakelen van elektrische verbruikers 230 V AC
met potentiaalvrije contacten
- Schakelen van elektrisch aangedreven motoren
230 V AC voor jaloezieën, rolluiken, markiezen
en soortgelijke installaties
- Montage op DIN-rail conform DIN EN 60715 in
de onderverdeling
Producteigenschappen
- Handmatige aansturing van de uitgangen op
9
11
13
15
het apparaat mogelijk, bouwplaatsmodus
C5
C6
C7
C8
- Statusindicatie van de uitgangen op het appa-
raat
C5
C7
C7
- Scènefunctie
(6)
- Geforceerde stand via besturing van hoger ni-
C6
C8
C8
veau
(5)
- Aansluiting van verschillende fasen mogelijk
Functies en schakelaarmodus
C5
C6
C7
C8
10
12
14
16
- Tijdschakelfuncties
Functies en rolluik-/jaloeziemodus
- Positie kan direct worden ingenomen
- Lamellenstand direct aanstuurbar
- Terugmelding van bewegingstoestand, ophang-
positie en lammellenverstelling
- 3 alarmen
Bediening
Handmatige modus in-/uitschakelen
Bij de 8-/4-voudige varianten is een besturing
P
van de uitgangen ook zonder busspanning
mogelijk, wanneer netspanning is aangesloten
bijv. voor de bediening op bouwplaatsen.
Bus- of netspanningsvoeding is actief.
z Schakelaar (1) in stand
De handmatige modus is ingeschakeld, de
uitgangen kunnen via de bedieningstoetsen (6)
onafhankelijk van elkaar worden aangestuurd.
Tijdens de handmatige modus is de besturing
P
via de KNX-bus gedeactiveerd.
Systemlink inbedrijfstelling:
P
afhankelijk van de programmering wordt de
handmatige modus permanent geactiveerd of
gedurende een via de applicatiesoftware gepa-
rametreerde tijd.
Wanneer de handmatige modus via de applica-
tie-software is geblokkeerd, wordt de activering
niet uitgevoerd.
Of:
z Schakelaar (1) in stand auto plaatsen.
De handmatige modus is uitgeschakeld. De
besturing verloopt uitsluitend via de KNX-bus.
De uitgang neemt de door de busbesturing
gegeven positie in.
Uitgangen in handmatige modus bedienen
De bediening volgt per uitgang door herhaaldelijk
kort indrukken van de bedieningstoets (tabel 1).
VOORZICHTIG!
ç
Gevaar voor beschadiging door tege-
lijkertijd indrukken van de toetsen
voor OMHOOG en OMLAAG bij aans-
luiting van een motor in ongeprogram-
meerde toestand van het apparaat!
Motoren, installties en apparaten
kunnen beschadigd raken!
Bij ongeprogrammeerde apparaten
altijd slechts één toets in handmatige
modus bedienen.
Toestand
Schakelmodus
De belasting is
uitgeschakeld,
status-LED van de
toets (6) is uit.
Belasting is inge-
schakeld, status-
LED van de toets
(6) brandt.
Rolluik-/jaloeziemodus
Uitgang is in de
rusttoestand,
status-LED van
toets (6) is uit.
Uitgang actief,
status-LED van de
toets (6) brandt.
Bij apparaten TYA6... brandt de LED rood. Bij ap-
1)
paraten TXA6.. brandt de LED rood bij bij opwaartse
beweging en groen bij neerwaartse beweging.
plaatsen.
Gedrag bij
korte toetsbediening
INschakelen van de aanges-
loten belasting. Status-LED
van de toets (6) brandt.
UITschakelen van de aan-
gesloten belasting. LED
gaat uit.
Beweging start. Status-LED
van de toets (6) brandt.
Wanneer de rolluk/jaloe-
P
zie zich in de eindstand
bevindt, dan moet de
tegenoverliggende toets
worden ingedrukt, om de
rolluik/jaloezie te bewe-
gen.
Beweging stopt,
LED gaat uit.
1)
Tabel 1: handmatige modus
6LE002693A
1)