de meegeleverde Victaulic® koppelingen aan
de afvoeropening(en) van de verdamper.
•
Na de installatie van de watertoevoer- en de
waterafvoerleidingen en als een algemene regel
voor andere modules, is het raadzaam om de
indompeldiepte van de
watertemperatuursensoren in de aansluitbuizen
voor de werking te controleren (zie afbeelding).
De filter aansluiten
•
De bij de module geleverde filterkit moet voor
de watertoevoer van de verdamper geplaatst
worden door middel van de meegeleverde
Victaulic® koppelingen zoals op de afbeelding
wordt weergegeven. De filter heeft openingen
met een diameter van 1,0 mm en beschermt de
verdamper tegen aanzetting.
•
Een onjuiste installatie van de meegeleverde
filter zal ernstige schade aan de apparatuur
veroorzaken (bevriezen van de verdamper).
Een ter plaatse geleverde spuiklep voor het spoelen van
de vloeistof en materiaal dat zich in de filter opgehoopt
heeft, kan aangesloten worden op de eindkap van de filter.
•
De retourbuizen aansluiten
Las de meegeleverde retourbuizen op de uiteinden van het
watercircuit en sluit de module aan met de meegeleverde
Victaulic® koppelingen.
2
Voorzie aftapkranen op alle lage punten van het systeem
om een volledige aftapping van het circuit tijdens het
onderhoud of bij een stillegging mogelijk te maken. Er is
een aftapplug voorzien om de condenser af te tappen.
Verwijder hiervoor tevens de luchtpluggen (zie het lay-
outschema).
Er moet een luchtrooster voorzien worden op alle hoge
3
punten van het systeem. De roosters dienen zich te
bevinden op punten die gemakkelijk toegankelijk zijn
voor de onderhoudswerkzaamheden.
4
Er moeten afsluitkranen op de module voorzien
worden, zodat de gewone onderhoudswerkzaamheden
uitgevoerd kunnen worden zonder het systeem te
moeten aftappen.
5
Er moeten trillingsdempers voorzien worden op alle
waterleidingen die aangesloten zijn op de koeler om
belasting van de leidingen te vermijden en om te vermijden
dat trillingen en geluiden doorgegeven worden.
6
Voor modules met een configuratie met dubbel circuit, met
een gewone regeling voor de waterafvoer (ELWT), moet u
een invoegopening voorzien voor de bijkomende sensor
voor de watertemperatuur. De sensor en de sensorhouder
zijn optionele onderdelen.
De invoegopening moet een vrouwelijke draad hebben van
1/4" GAS en moet aangebracht worden in de gemengde
waterstroom van de koelers.
Zorg ervoor dat de sensorkop zich in de waterstroom
bevindt en dat de rechte pijp (L) een lengte heeft die
minstens 10x de pijpdiameter (A) heeft voor de sensor.
Kies de positie voor het aanbrengen dusdanig dat de kabellengte
van de sensor (10 m) voldoende lang is.
12. VULHOEVEELHEID, DEBIET EN
KWALITEIT VAN HET WATER
Om de goede werking van de module te waarborgen, moet het
waterdebiet door de verdamper zich binnen het werkbereik
bevinden dat vermeld staat in de onderstaande tabel en moet een
minimum watervolume in het systeem aanwezig zijn.
Model
EWWD120J - EWLD110J
EWWH090J – EWLH080J
EWWS120J – EWLS110J
EWWD140J - EWLD130J
EWWH110J – EWLH100J
EWWS140J – EWLS130J
EWWD150J - EWLD145J
EWWH120J – EWLH110J
EWWS150J – EWLS150J
EWWD180J - EWLD165J
EWWH130J – EWLH130J
EWWS180J – EWLS170J
EWWD210J - EWLD195J
EWWH150J – EWLH140J
EWWS210J – EWLS200J
EWWD250J - EWLD235J
EWWH180J – EWLH170J
EWWS240J – EWLS240J
EWWD280J - EWLD265J
EWWH120J – EWLH190J
EWWS270J – EWLS270J
Het minimum watervolume v [I] in het systeem moet aan de
volgende criteria voldoen:
Q
hoogste koelcapaciteit van de module in de laagste
capaciteitsstap binnen het bereik van de toepassing
(kW)
t
antirecyclingtimer van de module (AREC)/2(s)=300 s
C
specifiek verwarmingsvermogen van het fluïdum
(kJ/kg°C)=4,186 kJ/kg°C voor water
∆T temperatuurverschil tussen starten en stoppen van de
compressor:
∆T=a+2b+c
(voor aanduiding van a, b en c, zie de
gebruikershandleiding
OPMERKING Voor modules in een configuratie met een
dubbel circuit, moet het minimum vereiste
watervolume in het systeemgelijk zijn aan
het grootste vereiste minimumvolume van
elke individuele koeler in het systeem
D-EIMWC01008-16_01EU - 64/171
Minimum
Maximum
waterdebiet
waterdebiet
[l/min]
[l/min]
168
671
195
780
221
883
255
1021
290
1158
357
1428
397
1588
v>(Q/2)xT/(Cx∆T)
.