Veiligheidsvoorschriften En Reglementen; Veiligheidsvoorschriften; Reglementen - bulex GeniaAir 8 Manuel D'installation

3

Veiligheidsvoorschriften en reglementen

3.1

Veiligheidsvoorschriften

Onjuiste installatie kan leiden tot elektrocutie of
e
beschadiging van het toestel.
• Schakel veiligheidsvoorzieningen nooit uit en probeer ze niet
aan te passen.
• Houd rekening met de volgende methoden en
voorzorgsmaatregelen:
- Neem het toestel vast aan de onderkant.
- Draag waar nodig veiligheidskleding, bijv. handschoenen,
veiligheidsschoenen.
• Gebruik veilige methoden voor het heff en:
- Houd de rug recht.
- Vermijd het draaien van de taille.
- Vermijd kromming van het bovenlichaam.
- Gebruik bij het vastgrijpen altijd de handpalm.
- Gebruik de aangewezen houvasten.
- Houd de lading zo dicht mogelijk bij het lichaam.
- Gebruik altijd hulp waar nodig.
• De gebruiker mag in geen geval knoeien met afgedichte
onderdelen.
• Zorg bij het monteren van de aansluitingen dat de dichtingen
correct worden geplaatst om lekkage van water te vermijden.
• Dit toestel heeft metalen onderdelen (componenten). Wees
voorzichtig wanneer u ermee omgaat en het schoonmaakt, en
let in het bijzonder op voor randen.
Neem de fundamentele veiligheidsvoorschriften in acht voordat u
begint aan onderhoud of wisselstukken vervangt:
• Zet het toestel uit.
• Sluit het toestel af van de stroomtoevoer.
• Sluit het toestel af van het hydraulisch systeem met de
afsluitkranen indien die aanwezig zijn.
• Tap het toestel af als u hydraulische componenten moet
vervangen.
• Bescherm alle elektrische componenten tegen water terwijl u
aan het toestel werkt.
• Gebruik uitsluitend originele wisselstukken.
• Gebruik uitsluitend nieuwe O-ringen en dichtingen.
• Controleer de dichtheid van de waterleidingen nadat u uw
interventie hebt uitgevoerd.
• Voer nadat het werk aan het toestel is voltooid een bedrijfstest
uit en controleer op veilige werking.
0020117814_03 - 09/13 - Bulex
Koelmiddel R410A
Belangrijk : elke interventie op het koelcircuit dient
b
uitgevoerd te worden door bevoegd en goedgekeurd
personeel.
• Gebruik enkel het koelmiddel R410A.
• De instrumenten gebruikt voor het vullen, voor de drukmeting,
voor het laten leeglopen en voor de recuperatie van de
vloeistof moeten compatibel zijn en mogen enkel gebruikt
worden voor het koelmiddel R410A.
• Soldeer onder stikstofdebiet en test de dichtheid van het
circuit onder stikstofdruk.
• In geval van nieuwe opvulling dient dit te gebeuren in de
vloeibare fase.
• In geval van een lek, vul geen vloeistof bij, laat de rest
van de vloeistof van het circuit leeglopen en verwijder ze
overeenkomstig de geldende reglementering.
De ontgassing van koelmiddel in de atmosfeer is
b
verboden, behalve als het noodzakelijk is voor de
veiligheid van personen. Het koelmiddel moet correct
opgevangen worden in een vat dat aangepast is om
gerecycleerd te worden.
• Ledig het circuit met een maximale druk van 6 mbar (6 x 10
Pa) (statische druk).
• Soldeer niet op het circuit zonder het circuit vooraf geledigd te
hebben.
Koudemiddel moet worden afgetapt en bijgevuld in
a
een goed geventileerde omgeving en met gebruik
van de nodige beschermingsuitrusting (gevaar voor
brandwonden).
3.2

Reglementen

Bij de installatie en inbedrijfname van het toestel moeten de
besluiten, richtlijnen, technische reglementen, normen en
voorschriften nauwkeurig gerespecteerd worden in hun huidige
versie.
- Verordening CE nr. 2037/2000 van 29 juni 2000
Deze Europese verordening, die de verordening nr. 3093/94
intrekt, geeft de tijdschema's voor de eliminatie van CFK's en
HCFK's. Het betreft eveneens het afzuigen van koelmiddel,
lekken op de installaties, in het bijzonder op de apparatuur
waarvan het CFK- of HCFK-gehalte groter is dan 3 kg, evenals
het minimum vereiste kwalifi catieniveau voor de bedieners.
- Richtlijn betreff ende apparatuur onder druk 97/23/CE +
decreet 99-1046 van 13/12/1999 + besluit van 15 maart
2000. Verordening (CE) nr. 842/2006 van 17 mei 2006
betreff ende de inperking, het gebruik, de afzuiging en de
vernietiging van gefl uoreerde broeikasgassen bedoeld in
bijlage I, de etikettering en de eliminatie van de producten en
apparatuur bevattende deze gassen, de controle van bepaalde
gebruiken en het verbod om bepaalde producten op te markt
te brengen (zie artikel 9 en bijlage II), evenals de opleiding en
de certifi cering van het personeel en van de ondernemingen
die de activiteiten uitvoeren bedoeld in de onderhavige
verordening, meer bepaald: koeling, airco, warmtepomp,
brandbeveiligingssysteem bevattende broeikasgassen.
INLEIDING
2
NL
- 45 -