6.2 Daling van hoge druk
Een daling van de hoge druk heeft lage manometerwaarden of een onregelmatige werking van de stroomafwaartse apparatuur tot gevolg.
Mogelijke oorzaak
Het filtersysteem is niet goed onderhouden.
De inlaatparameters zijn gewijzigd.
De compressor werkt niet goed.
Er is drukverlies uit het systeem.
De droger is niet gestart.
Een afsluitklep is geheel of gedeeltelijk gesloten
6.3 Luchttoevoer stroomafwaarts onderbroken
Een onderbreking van de luchttoevoer stroomafwaarts leidt tot een snel verlies van de systeemdruk en storingen in de apparatuur
stroomafwaarts.
Mogelijke oorzaak
De compressor werkt niet goed.
Er is drukverlies uit het systeem.
De droger is niet gestart.
66
Benodigde actie
Als het element en de vlotterafvoer langer dan 12 maanden geleden
zijn geïnstalleerd, moeten beide worden vervangen.
Controleer of de vlotterafvoer goed werkt.
Als de inlaatstroomsnelheid is toegenomen om te waarborgen dat
de filters en droger dienovereenkomstig op maat zijn gebracht.
Als de inlaattemperatuur is toegenomen, moet u controleren of de
filters nog binnen de specificaties zijn. Zorg dat de filters voor de
verwijdering van oliedamp en de droger dienovereenkomstig
worden aangepast.
Als de inlaatdruk is gewijzigd om te waarborgen dat de filters en
droger dienovereenkomstig op maat zijn gebracht.
Neem contact op met Parker voor informatie over het tellen van
deeltjes en het meten van de luchtkwaliteit.
Raadpleeg de door de compressorfabrikant geleverde documentatie
voor probleemoplossing.
Controleer de buizen en aansluitpunten op lekken.
Zorg dat alle aftapkranen en drukontlastingskleppen gesloten zijn.
Ga na of stroomafwaarts de vraag naar stroomsnelheid is
toegenomen.
Controleer of de stroomindicator op de droger brandt. Als de droger
geen stroom heeft, controleert u de isolator en de
stroomonderbreker.
Controleer de stand van alle afsluitkleppen.
Benodigde actie
Raadpleeg de door de compressorfabrikant geleverde documentatie
voor probleemoplossing.
Controleer de buizen en aansluitpunten op lekken.
Controleer of de stroomindicator op de droger brandt. Als de droger
geen stroom heeft, controleert u de isolator en de
stroomonderbreker.
Controleer de storingsindicatoren van de droger.